[ad_1]
Met de achterliggende gedachte was niets mis: een 22-jarige inwoner van Menaam was het vernielingen rond het voetbalveld in Berltsum beu en ging de confrontatie aan met een van de vermeende daders.
De uitvoering die de Menamer gaf aan zijn goede bedoelingen was een stuk minder. Dat betekende dat hij maandag tegenover de politierechter zat. De persoon waarvan hij via vrienden had vernomen dat hij verantwoordelijk was voor de vernieling van het sportcomplex was geslagen. En de jongen had aanzienlijke verwondingen opgelopen. Tenminste, zo leek het in eerste instantie.
De verdachte was erg boos, vertelde hij destijds aan de politie. Omdat er zoveel vernield was, mochten hij en de dorpsjeugd buiten de wedstrijden niet meer op het voetbalveld spelen. Toen de verdachte eind juni vorig jaar een van de vermoedelijke daders bij de dug-out zag, besloot hij verhaal te zoeken. Het gesprek ontaardde in een aanval. De verdachte had de jongen, een dorpsgenoot, enkele keren op het hoofd geslagen.
Aanzienlijk letsel
Hij werd ervan verdacht de jongen later die dag op de kermis opnieuw te hebben geslagen, maar dat kon niet worden bewezen, concludeerde zowel het Openbaar Ministerie als de rechter. Het bleek dat hij het slachtoffer ernstig letsel had toegebracht; gescheurde oogzenuwen en diverse blauwe plekken.
Maar zowel een huisarts als een oogarts concludeerden dat er geen verband kon worden gelegd tussen de schade aan het oog en de klappen die de verdachte had uitgedeeld. Hij had zelfs met het slachtoffer rond de tafel gezeten in het kader van mediation. Dat was een goed gesprek en het contact was nu weer goed, aldus De Menamer.
Een vergoeding
Het slachtoffer had ingestemd met een schadevergoeding van 50 euro die de verdachte kon doneren aan Stichting KiKa. Maar daarmee was de zaak vanuit strafrechtelijk perspectief nog niet afgelopen. De officier van justitie heeft ter terechtzitting veel rekening gehouden met de verontschuldiging van de verdachte en zijn “positieve houding ten opzichte van het proces”.
Volgens de agent liep De Menamer niet weg voor wat hij had gedaan. De officier eiste een volledig voorwaardelijke taakstraf van 30 uur met een proeftijd van twee jaar. De rechter oordeelde dienovereenkomstig.
[ad_2]
