[ad_1]
Museum Heerenveen heeft voor ‘Nevels’ zes Friese kunstenaars samengebracht. Ondanks het beperkte thema biedt de tentoonstelling met ruim veertig werken een veelzijdige kijkervaring.
In Museum Heerenveen hangt het werk van oude bekenden als Willem van Althuis, Sjoerd de Vries, Marije Bouman en Christiaan Kuitwaard zij aan zij met dat van de relatief onbekende kunstenaars Wiebe Knobbe en Janne Heida.
De tentoonstelling opent met twee werken van Knobbe, waarvan in totaal twaalf kleine aquarellen te zien zijn. Het zijn werken die vrijwel allemaal volgens hetzelfde proces worden gemaakt. Knobbe brengt met aquarelverf enkele brede vloeiende lijnen aan waarbinnen hij een witte ruimte laat. Binnen dat mistige kader maakt hij met Oost-Indische inkt een kleine, bijna abstracte tekening van bijvoorbeeld een kerk of een koppel vogels.
De tekeningen zijn gemaakt op papier dat nog niet helemaal droog is en daardoor vloeit de inkt een beetje, wat het bolvormige geheel versterkt. Onderaan de afbeelding plaatst Knobbe, eveneens in inkt maar nu vlijmscherp, zijn brede handtekening, de datum waarop het werk is gemaakt en de titel, vaak dezelfde: Dwalen . Het is alsof hij met de signatuur een stevige basis wil geven aan zijn subtiele beelden.
Stilte
Het werk van Knobbe wordt hier gepresenteerd naast dat van Willem van Althuis, misschien wel de bekendste mistschilder van Nederland. Zijn werk staat bekend om zijn sereniteit, zijn subtiele structuur in geleidelijke kleurovergangen en zijn statische karakter. Bij Van Althuis beweegt niets, of hij nu bomen schildert of een dorp in de winter. Rust en stilte domineren in de wereld van Van Althuis, samengesteld uit verfijnde tonale waarden, waarvan er zes werken worden getoond.
Waar Van Althuis in de verte zijn onderwerp zoekt, zoomt Christiaan Kuitwaard in. Bij hem geen bomen maar fragmenten van bomen. Hoe groot ze zijn kun je zien aan hun schaduwen, maar de boom zelf is vaak niet meer dan een stronk of stam. In de vijf tentoongestelde werken gebruikt hij niet het geruststellende palet van blauwtinten van Van Althuis, maar een veel somberder kleurenschema. Zelfs het licht heeft iets grimmigs voor hem. Net als Van Althuis bouwt ook Kuitwaard zijn werk op vanuit subtiele kleurnuances.
Museum Heerenveen toont een aantal werken van Sjoerd de Vries uit zijn serie, die niet zo vaak worden tentoongesteld Het lied van verdriet . Hier laat hij zich van zijn meest verfijnde kant zien. Minimaler dan hier kun je een landschap niet weergeven. Het eerste werk is geheel wit, het tweede geel, het derde een soort grijsbruin. Met een nauwelijks zichtbaar verschil in toonwaarde verwerkt De Vries in de drie werken een zeer verfijnde rieten halsband die in het karton is gesneden.
Toch ontstaat hier een vreemde spanning omdat De Vries de dromerigheid van deze landschappen letterlijk doorkruist met harde verticale lijnen. Alsof iets uit een wiskundige wereld de sereniteit van het natuurbeeld komt verstoren.
Beweging
De acht werken van Marije Bouman zijn klein, kleurrijk, vol beweging en vaak abstract. Ze vormen vrijwel eigenhandig een aparte categorie in deze tentoonstelling. Bouman gebruikt aquarel-, inkt- en collagetechnieken om haar universum vorm te geven. In tegenstelling tot de andere exposanten gaat het Bouman niet om herkenbare werelden, maar om – zoals ze ooit zei – ‘iets wat je niet kunt zien maar dat er wel is’. De basis van haar werk is vaak een vel handgeschept aquarelpapier waarin ze een reliëf creëert dat spanning creëert nog voordat ze ook maar een verfstreek heeft aangebracht. Met combinaties van kleurvlakken en verzonken ruimtes, rust en beweging, subtiliteit en harde contrasten maakt ze nieuwe en fascinerende werelden zichtbaar.
Een buitenstaander
Met haar fotografie is Janne Heida een buitenbeentje in deze groep schilders. Met behulp van de pinhole-techniek creëert ze ietwat vage en nostalgische beelden van het landschap die toch goed passen bij het overige werk in de tentoonstelling.
Het is geen kunst om met Van Althuis, De Vries, Bouman en Kuitwaard een goede tentoonstelling te maken. Succes verzekerd. Maar Museum Heerenveen maakt er ook een prachtige tentoonstelling van. Door het werk van de kunstenaars qua kleur en sfeer te combineren en sommige muren een bijpassende tint te geven, is er een zeer sfeervol geheel ontstaan.
Een minpuntje is de geluidsmachine, gekleed in een wit gewaad, die de bezoeker ogenschijnlijk in een soort zen-toestand wil brengen met vage golvende geluiden die passen bij het mistwerk, maar die eigenlijk irriteren. De schilderijen zijn meer dan genoeg.
En de informatievoorziening laat veel te wensen over. Het is een hele puzzel om met een paar aan elkaar geniete A4-tjes te achterhalen wie de maker is van welk werk, wat de titel is, wanneer het gemaakt is etc. Het zou zo makkelijk zijn geweest om een optimale kijkervaring te bieden met behulp van de plaats eenvoudig informatie bij de werken zelf.
Tentoonstelling
Nevels. Mysterie van het landschap is tot en met 14 januari 2024 te zien in Museum Heerenveen
Open: di t/m vr 11.00 – 17.00 uur; Za, zo en feestdagen 13.00-17.00 uur
heerenveenmuseum.nl
[ad_2]