[ad_1]
Onder een milde avondzon, in het sprookjesachtige decor van lichtjes in de bomen en eetkraampjes op het gras, op het openluchtpodium dat voor Paleis Soestdijk was gebouwd, klonk de bronzen stem van Sir Tom Jones als een herinnering uit het verleden die nog steeds even krachtig nagalmt in het heden. Precies op hetzelfde moment als de wedstrijd tussen Nederland en Engeland gaf Jones een uitverkocht optreden, voor zo’n 5.000 toeschouwers.
Tom Jones heeft een reputatie als onvermoeibare entertainer. En ook hier stond hij stevig, in zijn mosgroene shirt, onafgebroken zingend: oude nummers en een handvol van het recente album Omringd door tijd (2021).
De ontroerende opening was ‘I’m Growing Old’, waarin de symptomen van veroudering worden opgesomd, zoals:Ik word langzamer in mijn wandeling”. De originele versie werd gezongen door Bobby Cole (1932-1996) toen hij 35 was, Jones werd vorige maand 84. Een van de andere kenmerken was “Ik word steeds flauwer in mijn gesprek”. En inderdaad, Jones zong het lied met een lichte kraak in zijn stem. Maar dat was bedrog. Naarmate de uitvoering vorderde, werd zijn stem voller, swingender en wendbaarder.
Zwoele atmosfeer
Bob Dylans ‘One More Cup Of Coffee’ werd prachtig uitgevoerd, begrijpelijk en genuanceerd. Jones is een ‘cover’-zanger, of zoals hij het liever zegt, een ‘vertolker’ van andermans repertoire. Hij koos meer nummers met verwijzingen naar zijn leeftijd, zoals Dylans ‘Not Dark Yet’, over het einde van het leven, en ‘Lazarus Man’, met een levendige rockeruptie aan het einde. En het thema was te horen in de nauwkeurig gezongen versie van ‘Tower Of Song’ (van Leonard Cohen): „Mijn vrienden zijn weg/ en mijn haar is grijs“.
Jones laveerde zo van oud naar nieuw, van bedachtzaam naar flirterig. ‘Delilah’ was een uitdagende meezinger, ‘Sexbomb’ een lustvol moment, net als ‘Kiss’ van Prince en het funky ‘If I Only Knew’ van de obscure hiphopgroep Rise Robots Rise gespeeld door zijn vijf muzikanten.
Grappig was de ouderwetse broeierige sfeer tijdens ‘You Can Leave Your Hat On’ (Randy Newman), nog aangewakkerd door de combinatie van peepshows en ‘Saturday Night Fever’-achtige disco in de videobeelden.
Jones’ soms routineuze opmerkingen tussen de nummers door verpestten de sfeer. Dat zijn single ‘It’s Not Unusual’ in maart 1965 de nummer één positie bereikte, was niet belangrijk. Wel leuk was de anekdote over zijn liefde voor Jerry Lee Lewis. Lewis’ ‘Green Green Grass Of Home’ werd een hoogtepunt voor het zingende en deinende publiek.
[ad_2]