Tweede Kamer wil onpartijdige verkenner na chaotische formatie van 2021

[ad_1]

Na de rommelige vorige kabinetsformatie wil de Tweede Kamer het vanaf nu anders doen, maar niet helemaal. De Kamer heeft dinsdag besloten dat de grootste partij na de verkiezingen alsnog de scout(s) gaat benoemen. Dat moet voortaan één persoon zijn, en niet twee, zoals in 2021 het geval was bij Annemarie Jorritsma (VVD) en Kajsa Ollongren (D66). Een toekomstige scout moet ook nadrukkelijk ‘iemand zijn met afstand tot de dagelijkse politiek’, staat in een motie van Kamerleden Jesse Klaver (GroenLinks) en Joost Sneller (D66), die dinsdag brede steun kreeg.

De Tweede Kamer heeft sinds 2012 de leiding over het formatieproces, maar is er de afgelopen jaren niet in geslaagd dit proces soepel te laten verlopen. De vorige kabinetsformatie was een historisch dieptepunt: uit een gefotografeerde memo bleek dat scouts Kajsa Ollongren en Annemarie Jorritsma een ‘positie elders’ hadden besproken voor toenmalig CDA-Kamerlid Pieter Omtzigt. Het incident had een desastreus effect op het vertrouwen in de politiek en creëerde wantrouwen tussen politici, wat de formatie ernstig bemoeilijkte en vertraagde.

Lees ook
De kabinetsformatie duurde lang en verliep chaotisch: tijd om deadlines in te voeren, zegt een adviescommissie

Tweede Kamerlid Pieter Omtzigt en voorzitter Vera Bergkamp donderdag tijdens de presentatie van de Evaluatie van de Kabinetsformatie 2021.

Na deze ‘emotionele puinhoop’, zoals GroenLinks-leider Jesse Klaver de vorige formatie vorige week noemde tijdens een Kamerdebat over de verkenningsfase, moet het nu anders. Met nog een maand te gaan tot de volgende formatie, tikt de tijd voor het Huis. Een evaluatiecommissie onder leiding van hoogleraar parlementaire geschiedenis Carla van Baalen, adviseerde de Tweede Kamer om ruim voor de volgende verkiezingen duidelijkheid te verschaffen over de verkenningsfase, ongeacht de drukte van de verkiezingscampagnes. Dat debat vond uiteindelijk pas vorige week plaats, midden in de verkiezingscampagne.

In de verkennende fase inventariseert de scout van de nieuw gekozen fractieleiders hoe zij de verkiezingsresultaten interpreteren en welke voorkeurscoalities zij het liefst onderzoeken. Wie is het meest geschikt om deze fase te leiden?

Koning (nog) niet terug.

Een aantal partijen pleitte vorige week in het Kamerdebat voor de terugkeer van de koning, die tot 2012 de verkenningsfase leidde. “Iets wat niet kapot is, hoeft niet gerepareerd te worden”, aldus ChristenUnie-Kamerlid Nico Drost. Vanuit zijn onafhankelijke positie zou het staatshoofd het meest geschikt zijn om de verkenning te leiden. Maar een motie om de koning opnieuw controle te geven mislukte. Het standpunt van de VVD werd pas duidelijk tijdens de stemmingen. De partij is in principe positief over de terugkeer van de koning, maar wil dat dit eerst nader wordt onderzocht.

Ook heeft de Kamer er niet voor gekozen om het advies van de Raad van State, waar het parlement zelf om had gevraagd, op te volgen. De Raad van State heeft aanbevolen dat een vaste functionaris de formatiefase vlak na de verkiezingen zou begeleiden. De Tweede Kamer hoeft dan niet bij iedere verkiezing iemand te benoemen. Volgens de Raad van State zou hun eigen vice-president, momenteel Thom de Graaf, daarvoor het meest geschikt zijn.

Op afstand en onpartijdig

De Raad kwam ook met een alternatief voorstel, dat de Kamer wel overnam: de verkenner blijft een persoon die is voorgedragen door de grootste partij, maar deze persoon moet wel aan een aantal criteria voldoen. De scout moet afstand hebben van de dagelijkse politiek, onpartijdig handelen, kennis hebben van de Nederlandse staatkundige verhoudingen en bij voorkeur ervaring hebben met het formatieproces.

Om te voorkomen dat de formatie net als de vorige keer 299 dagen gaat duren, wil de Tweede Kamer nu met strengere deadlines werken. De informateur, die na de scout wordt aangesteld om daadwerkelijk onderzoek te doen naar een coalitie, moet werken met ‘duidelijke deadlines’, staat in de motie. Hoe lang dat precies zal zijn, is nog niet bekend, maar in de motie wordt gesproken over ‘bijvoorbeeld zes tot acht weken’.

[ad_2]

Leave a Comment

Your email address will not be published. Required fields are marked *