De ervaren ruin met glamour of de hengst in de ‘prime’ van zijn leven? Springruiter Harrie Smolders moest kiezen met welk paard hij naar de Spelen ging

[ad_1]

Springruiter Harrie Smolders hield een champagnedouche achter de rug toen hij afgelopen april concludeerde: “Monaco is echt op weg om het beste paard uit mijn carrière te worden.” Samen hadden ze die zondag zilver gewonnen tijdens de wereldbekerfinale in Omaha, achter de Zweed Henrick von Eckermann, waarna de champagne werd ontkurkt tijdens de ceremonie.

Het was een van de vele successen voor Smolders en Monaco in 2023. Vaak op indrukwekkende locaties: de top van de springsport, met twee commerciële circuits, kent geen gebrek aan glamour. Ze werden derde op de Grand Prix van Londen, midden in het chique Chelsea. Tweede op de Grand Prix gesponsord door modehuis Hermès in het Grand Palais in Parijs. En de meest lucratieve van het jaar: tweede in de haven van Monte Carlo, met aan de ene kant dure hoogbouw en aan de andere kant drijvende jachten (prijzengeld: 300.000 euro).

Monaco zelf is geen onbekende in glamour. Het is eigendom van Jennifer Gates Nassar, de dochter van Microsoft-oprichter Bill Gates. Smolders is de baas sinds Gates Nassar in 2019 begon met de studie geneeskunde.

Meneer Consistentie Smolders belt Monaco. De vijftienjarige donkerbruine ruin weet precies wanneer het er echt op aankomt, zegt hij.

Toch verschijnt Smolders steeds vaker op topniveau met een ander paard. Ook donkerbruin, maar een hengst, twaalf jaar oud, met een klein wit sterretje tussen zijn ogen: Uricas vd Kattevennen.

In maart van dit jaar rijden Smolders en Uricas voor eigen publiek op Indoor Brabant. Willem Greve trekt die avond de meeste aandacht: hij blijft Von Eckermann op spectaculaire wijze net voor, om vervolgens in extase zijn pet de tribune op te gooien. Maar ook Smolders en Uricas doen het uitstekend en worden derde. Uricas is in “supervorm”, zegt Smolders na afloop. Smolders heeft hem de tijd gegeven om zich te ontwikkelen, om “meer volwassen” te worden. Nu is de hengst “in de prime van zijn leven”.

Monaco heeft daarentegen veel ervaring op het hoogste niveau. “En hij is heel sluw.”

Twee paarden die allebei de absolute top hebben bereikt: hoe zijn ze daar gekomen? En wie van de twee mag mee naar Versailles, waar aanstaande maandag de strijd om individueel Olympisch springgoud losbarst?

Andere eigenaren

Net over de grens, aan een rustige weg met veel agrarische bedrijven, liggen Uricas en Monaco in een stallencomplex. Hoewel ze samen gestald staan, hebben de twee paarden ieder hun eigen ‘staf’.

Paardensport is een web van zakelijke deals en ruiters bezitten zelden de paarden die ze berijden, en Smolders is daarop geen uitzondering. Uricas is eigendom van Spronken Group, opgericht door de overleden Belgische paardenhandelaar Leon Spronken. En Monaco van Gates Nassar en haar Evergates Stables, die haar eigen mensen in dienst heeft.

Wedstrijden zijn bijna altijd in het weekend, doordeweeks springen de paarden nauwelijks, zegt Josefin Göransson, die de leiding heeft over de stal van Smolders. ‘s Ochtends gaan ze vaak met de paarden op bosritten, ‘s middags is het vooral dressuur. “Om te zorgen dat alle knoppen werken”, zegt Göransson. De paarden gaan ook veel naar buiten. “Het is belangrijk dat ze gras kunnen eten.”

Smolders (44) groeide op in het Brabantse Lage Mierde, als zoon van een varkensboer die ook voor de lol pony’s fokte, en werkte zich op in de springwereld. In 2017 werd hij voor het eerst verkozen tot ruiter van het jaar in Nederland (en opnieuw in 2023).

Als je goed genoeg bent als ruiter of amazone, krijg je ook van alle kanten goede paarden aangeboden. En zo ging het ook met Monaco en Uricas. Monaco was er toen zeven, Uricas negen.

Uricas Uricas is eigendom van de Belgische Spronken Groep.
Foto Chris Keulen

Maar daarvoor hadden ze al een lange weg afgelegd. Ze werden allebei geboren in de buurt van Hamburg, ruim honderd kilometer uit elkaar, in de deelstaat Sleeswijk-Holstein. Het ras waartoe ze behoren, Holsteiners, is naar die regio vernoemd.

Het is hierhet midden van nergens”, zegt Hartwig Schoof, die de stoeterij runt waar Uricas vandaan komt. Het is een klein familiebedrijf, waar jaarlijks zo’n tien tot vijftien veulens geboren worden.

Het belangrijkste bij het fokken van een goed veulen, zegt Schoof, is een goede afstamming aan beide kanten. “Fokken is altijd een beetje geluk, maar je kunt veel meer zekerheid inbouwen als je kwaliteit ziet over de generaties heen.” Dat betekent ook dat fokkers vaak dezelfde keuzes maken. “Er zijn honderden hengsten, maar uiteindelijk zijn het er een stuk of twintig die we vooral gebruiken.”

Uricas is een nakomeling van de hengst Uriko, die 1,50 meter hoog sprong. (Uricas zelf is ook al enkele jaren als dekhengst ingezet.)

Zijn moeder is de merrie T-Cassina, de enige dochter van het succesvolle springpaard Chika’s Way en kleindochter van de beroemde Wodka II, die uitzonderlijk veel goede sportpaarden heeft voortgebracht. “Iedereen kent Wodka”, zegt Schoof. “Ze is echt een grote dame.”

Maar succes is nooit gegarandeerd, zelfs niet met een goede bloedlijn, zegt Schoof. Er is ook een groot verschil tussen een goed paard en een echt toppaard. “Bij een veulen zie je of het goed beweegt, of het er goed uitziet. Maar of het uitgroeit tot een paard als Uricas, dat weet je pas jaren later.” Daarnaast, zegt Schoof, heeft Uricas heel veel geluk gehad dat hij op het juiste moment bij de juiste mensen terechtkwam. “Mensen die hem niet pushten.”

De bekende Belgische handelaar Spronken zag wel wat in het veulen Uricas. Hij kocht hem, voor hoeveel geld wilde Schoof niet zeggen, en zette hem bij zijn bedrijf Stal Kattevennen (en voegde vd Kattevennen toe aan Uricas’ naam). Toen Spronken in 2019 plotseling overleed, erfde zijn neef het bedrijf met 154 sportpaarden. Hij bood Uricas op negenjarige leeftijd aan Smolders aan. “Ik was gecharmeerd”, blikt Smolders terug. “Door zijn atletische lichaam, galop, techniek.”

Maar ook al was Uricas een paar jaar ouder, het was nog steeds niet te zeggen of het de absolute top zou kunnen bereiken. “Natuurlijk is het een paard met talent, maar of het echt uit het juiste hout gesneden is, weet je niet.”

Hij kan zich nog goed herinneren hoe hij echt overtuigd raakte van Uricas, toen hij hem voor het eerst op gras als ondergrond reed. “Dat was dus nieuw voor hem. En er waren veel mensen. Het was een hele lastige setting. Veel paarden hebben een beetje faalangst. Maar hij kwam binnen en hij groeide. Die entourage, dat maakte hem beter.” Dat is ontzettend belangrijk, zegt Smolders. “Dat geldt ook voor sporters. Je kunt zoveel talent hebben, maar op het moment dat je een stadion met negentigduizend man binnenstapt en je gaat zitten en om je heen kijkt, werkt het niet.”

Smolders zag Monaco voor het eerst in Italië, waar hij bij een handelaar op stal stond. Hij vond het een “interessant” paard. “Ik voelde iets speciaals. Ik vond zijn dynamiek leuk.” Maar zelfs bij Monaco was het nog lang niet zeker dat hij zich zou ontwikkelen tot een paard van wereldklasse. “Hij stond niet bekend als een ongelooflijk goed paard of zoiets. De Italiaanse ruiter die hem destijds reed, zei tegen mij: “Wij dachten goed, maar niet heel goed.”

Smolders deed het rustig aan met Monaco: hij liet hem op een lager niveau starten dan hij gewend was. Hij raakte gaandeweg steeds meer onder de indruk van zijn kunnen. En de buitenwereld ook. Smolders: “Ik voelde aan alles: dat paard gaat op korte termijn verkocht worden en dat zou ik niet leuk vinden.”

Destijds gaf hij les aan Jennifer Gates Nassar, die een tijdje fulltime springruiter was geweest na haar afstuderen aan Stanford. Ze hadden elkaar ontmoet op wedstrijden in de Verenigde Staten. Hij adviseerde Gates Nassar om het paard voor zichzelf te kopen. Dat deed ze. Ze reed een tijdje op Monaco, waaronder wereldbekerwedstrijden. “En toen ze weer naar school ging, had ik het geluk dat ik hem weer kon berijden.”

Het is een luxe om een ​​vrouw als Gates Nassar als partner te hebben, zegt Smolders. Het gezegde in de paardenwereld is dat succes niet te koop is – veel succesvolle sportpaarden halen hun eerdere niveau niet na verkoop – maar het wordt zeker geprobeerd. En er worden miljoenen geboden voor sommige uitzonderlijke paarden.

Je hebt iemand nodig die ‘nee’ kan zeggen tegen een hoog bod, zegt Smolders. ‘Anders wordt dat paard toch verkocht en sta ik weer met lege handen.’

Vrienden op de show

Uricas en Monaco zijn twee heel verschillende paarden. Monaco staat altijd vooraan en smeekt graag om een ​​traktatie, zoals een stukje banaan, zegt Yvonne Neu Jönsson, die als bruidegom reist met Monaco naar toernooien over de hele wereld. “Hij heeft meer vrienden op de show dan wie dan ook.” Hij is een lief paard, zegt ze, maar hij is ook alert, kan een beetje strijdlustig zijn. Hij heeft “veel bloed,” in paardenjargon.

Uricas is iets minder extravert, iets stiller. Smolders: “Hij past zich ook aan aan wie er op zijn rug zit. Als ik mijn zoon erop zet, is het net een manegepaard.” Heeft hij zijn zoon ooit op Monaco gezet? “Dat heb ik nog nooit gedaan, nee.”

Een ochtendwandeling vanuit Uricas.
Foto Chris Keulen

Ze hebben ook een andere uitstraling in de ring. Neu Jönsson: “Monaco is heel efficiënt. Harrie zegt altijd: je zou Monaco niet kopen als hij aan het opwarmen is. Dan springt hij wat nonchalant.” Een geoefend oog zou zijn kwaliteiten nog wel zien, denkt ze, maar voor een leek valt Uricas meer op. “Hij is een hengst, hij maakt zich groot en mooi. En hij springt heel elegant.”

Pas in juni, tijdens het CHIO in het Kralingse Bos in Rotterdam, lijkt de definitieve keuze op Uricas te vallen. Smolders neemt beide paarden mee: de een zou de Nations Cup springen, de ander de Grand Prix. Maar in overleg met bondscoach Jos Lansink kiest Smolders twee keer voor Uricas, vertelt Smolders zondagmiddag, nadat hij derde werd in de Grand Prix. Het paard is “in de vorm van zijn leven”, aldus Smolders. “Hij kwam zo energiek de ring in. Je zag het in de ereronde. Hij speelde, hij was nog niet moe.”

Verleiding

In aanloop naar de Spelen sprong Smolders dit jaar minder dan normaal. Gewoon om er zeker van te zijn dat ze in Parijs in topvorm zijn. Er valt veel geld te verdienen in de paardenwereld, dus de verleiding is groot om op veel wedstrijden te starten. Maar zoals Lansink graag zegt: “Je kunt niet op elke kermis dansen.”

Smolders heeft het ter harte genomen, zegt Lansink. “Harrie heeft echt alles opzijgezet om goed te presteren op deze Olympische Spelen.”

Ook hier heeft hij geluk met de eigenaren van zijn twee toppaarden, zegt Smolders. “Als zij zoveel mogelijk rendement willen halen, dan moet je andere keuzes maken.” De Spelen zijn er voor de eer, niet voor het geld. “Maar gelukkig heb ik eigenaren die heel erg kampioensgericht zijn. Die weten natuurlijk ook dat een Olympische titel voor altijd in de boeken staat.”

Smolders, die ook meedeed aan Rio (2016) en Tokio (2021), hoopt hetzelfde te doen. Afgelopen vrijdag greep het Nederlandse team net naast brons. “Ik heb veel gewonnen in mijn leven, maar nog geen Olympische medaille.”




[ad_2]

Leave a Comment

Your email address will not be published. Required fields are marked *