Sywert van Lienden kijkt toe hoe zijn volledige kantoorinventaris voor ‘appel en ei’ wordt geveild | Binnenland

Hij wordt ervan verdacht geld te hebben overgemaakt naar een commerciële particuliere onderneming. Het bestuur van de stichting werd overgenomen door advocaat Wouter Jongepier, die Troostwijk Veilingen had gevraagd de bezittingen van de stichting te veilen. Bureaus, bureaustoelen, enkele schilderijen, kantoorbenodigdheden en medische spullen gingen onder de hamer.

Van Lienden volgde de veiling online. ‘Treurige maandagochtend: live meekijken op een veilingsite terwijl je hele kantoorinventaris, die je met zorg en aandacht hebt samengesteld, voor een habbekrats wordt verkocht. Gelukkig herkende iemand de mooie Casper Faassen als waardevol”, schrijft de oud-directeur over X. Het schilderij van Faassen ging uiteindelijk voor 4.700 euro over de toonbank.

In totaal lijkt er zo’n 15.000 euro te zijn opgehaald. “Het kantoor is vorig jaar gesloten, de inventaris is opgeslagen en wordt nu verkocht”, vertelt Jongepier. “De opbrengst gaat naar de bezittingen van de stichting, die uiteindelijk naar een goed doel in de gezondheidszorg gaan.”

Tegen Van Lienden en zijn voormalige medewerkers lopen diverse zaken. Zo worden de bestuurders verdacht van fraude, verduistering en witwassen naar aanleiding van de omstreden mondkapjesdeal. Dat heeft de Fiscale Inlichtingen- en Opsporingsdienst (FIOD) vorig jaar bekendgemaakt al in beslag genomen op onder meer financiële activa in het strafrechtelijk onderzoek tegen hen. Het gaat ook om woningen en auto’s, meldt het Openbaar Ministerie. Een paar weken geleden werd duidelijk dat de Nederlandse staat er ook nog een heeft start een civiele procedure tegen het bedrijf Relief Goods Alliance (RGA) van Sywert van Lienden.

Van Lienden en zijn zakenpartners wisten aan het begin van de coronapandemie een grote deal binnen te halen van het ministerie van Volksgezondheid (VWS). In die periode was er wereldwijd een groot tekort aan persoonlijke beschermingsmiddelen, vooral mondkapjes. Hij leverde tientallen miljoenen mondkapjes ter waarde van 100 miljoen euro. Hoewel dit non-profit zou zijn, verdienden Van Lienden en zijn zakenpartners er ongeveer 30 miljoen euro aan. Toen dit naar buiten kwam, ontstond er grote sociale en politieke commotie. Van Lienden beweert dat hij gedwongen door de overheid was om commercieel te gaan opereren.