[ad_1]
‘THé, zeg dat de tijd alles heelt / Maar ik wacht nog steeds”, zong de countryband The Chicks in 2006, toen ze nog Dixie Chicks heetten. Ze hebben hun naam vervangen omdat ‘Dixie’ een link heeft met het Amerikaanse slavernijverleden: het verwijst naar de zuidelijke staten die tijdens de Amerikaanse Burgeroorlog (1861-1865) vochten tegen de afschaffing van de slavernij. The Chicks wisten al langer dat de naam een probleem was, maar ‘Black Lives Matter’ deed hen besluiten om in 2020 hun karakteristieke bandnaam te veranderen.
In 2023 gebeurt iets soortgelijks. “Met respect en waardering voor het verleden gaat het Cultuurfonds vanaf vandaag verder met een naam die past bij wie we nu zijn en met aandacht voor onze inhoud”, zei directeur Cathelijne Broers van het (Prins Bernhard) Cultuurfonds deze week. De wijziging volgde op het nieuws van vorige maand dat Prins Bernhards originele NSDAP-lidkaart in zijn privéarchief was gevonden. Het fonds kende zijn verleden natuurlijk al veel langer, net als de meeste Nederlanders. Een publiek geheim is geen geheim. De naamswijziging is even begrijpelijk als laat.
Wanneer cultuurdragers of instellingen hun naam veranderen als reactie op maatschappelijke veranderingen, gaat dit vaak gepaard met discussies. Cultuur heeft eenvoudigweg een sfeer van eeuwigheid, en een naamsverandering wijst op het tijdelijke karakter ervan. Zo kampte museum Hermitage Amsterdam in 2022 met banden met Rusland, terwijl de Krim in 2014 al bezet was. Pas dit jaar werd er een nieuwe naam gevonden: H’ART Museum. Iets soortgelijks gold voor Kunstinstituut Melly in Rotterdam, dat al tientallen jaren wist wie Witte de With was, maar lange tijd de naam Kunstcentrum Witte de With droeg. Het Wereldmuseum heeft nu vier musea onder één paraplu: het Afrika Museum heet nu Wereldmuseum Berg en Dal, het voormalige Rijksmuseum Volkenkunde heet nu Wereldmuseum Leiden, het Tropenmuseum werd Wereldmuseum Amsterdam en het museum in Rotterdam dat al ‘Wereldmuseum’ heette heet nu Wereldmuseum Leiden. heet nu – verrassend genoeg – Wereldmuseum Rotterdam.
Dat sommige musea onder invloed van de tijdgeest van naam veranderen, is een goede ontwikkeling. Een ontwikkeling die al zichtbaar werd bij het geven van nieuwe namen aan kunstwerken waarvan de titels door de tijd zijn ingehaald en daardoor neutrale namen krijgen, of wanneer de zeventiende eeuw in Nederland als minder welvarend wordt omschreven dan als de ‘Gouden Eeuw’ . Dergelijke veranderingen laten zien dat cultuur niet geïsoleerd is van de samenleving, maar op zijn best bijdraagt aan het vormgeven van een wereld zonder uitsluiting en zonder te ontkennen wie je bent. Een naamswijziging alleen is echter niet voldoende.
Dat laatste blijkt bijvoorbeeld uit het voormalige Afrika Museum dat, als de plannen doorgaan, deze maand sluit. We hebben lang gewerkt aan een nieuwe naam en een nieuwe bestemming voor een deel van het museum. De stereotiepe hutten bleven echter staan, gesprekken over geroofde kunst met Franse activisten werden vermeden en voorwerpen van missionarissen in dat museum werden niet op herkomst onderzocht. Het is alsof degenen die de tijdgeest niet voelen automatisch verdwijnen.
‘Voor wie ik liefheb wil ik genoemd worden’, schreef Neeltje Maria Min ruim een halve eeuw geleden – een mooie omschrijving van de manier waarop cultuurdragers kunnen omgaan met hun afkomst, hun opdrachtgevers, hun geschiedenis of hun beschermheer, namelijk door zonder de geest van de tijd te negeren. ontsnappen maar omarmen.
[ad_2]