Verrukt publiek blijft nog een half uur hangen voor countertenor en breakdancer Jakub Józef Orliński

[ad_1]

Voorbij
Jakub Józef Orliński/Il Pomo d’Oro
****

Stella Vrijmoed

“Zoiets heb ik nog nooit gezien!”, aldus het concert van Jakub Józef Orliński zondagavond in het Concertgebouw. Of nou ja, concert… na het minutenlang applaus noemde de jonge Poolse countertenor het nadrukkelijk een show, geen concert. “En ik vind het geweldig om het uit te voeren!”, riep hij uit met een brede grijns en open armen, gekleed in een beige pak.

Het bleek: Orliński bracht zijn programma met passie Voorbij met eeuwenoude Italiaanse liefdesmuziek, begeleid door het oude muziekgezelschap Il Pomo d’Oro. Met Monteverdi was hij dan weer een verliefde Ottone, die over Poppea fantaseerde en zichzelf omhelsde met zijn zwarte mantel. Toen zat hij weer wanhopig op zijn knieën: ‘Oh Dio!’, toen hij erachter kwam dat ze met iemand anders sliep.

De donkere houten vloer glansde verleidelijk

Direct daarna klonk die van Monteverdi energiek Voglio di vita uscir (Ik wil het leven verlaten) met een hoofdrol voor barokgitaar en klavecimbel. Zou Orliński – die in zijn vrije tijd ook breakdancer is – misschien ook een dansje doen? Die donkere houten vloer op het podium, ineens zo duidelijk zichtbaar met maar tien muzikanten in plaats van een heel symfonieorkest, straalde heel sfeervol.

Maar nee, het optreden ging door, het orkest speelde op hun oude instrumenten, de snaren op hun snel ontstemmende darmsnaren, de prachtige Voor sommige soorten muziekinstrumenten van Biagio Marini, terwijl Orliński verslagen op de grond lag. Dan het gevoelige gedeelte Amarilli, mia bella van Giulio Caccini, dat alleen zachtjes begon met barokharp. ‘Open mijn borst, kijk wat er op mijn hart geschreven staat,’ zong Orliński liggend, terwijl zijn fragiele falsetstem beter hoorbaar was dan voorheen, als hij af en toe in het orkest verdween.

Bijna ongemerkt trok hij zijn schoenen uit

En toen, ergens tijdens de vermakelijke sonate voor twee violen van Johann Caspar Kerll, had Orliński vrijwel ongemerkt zijn schoenen uitgetrokken. Is hij toch gegaan…? Hij pakte een kleine, langwerpige lamp als fakkel en tuurde ermee het publiek in, daalde op blote voeten de trap af, rende door de gangpaden op zoek naar een geliefde, zijn ogen wijd open, de krullen helder verlicht. Vanuit het midden van de zaal zong hij nog een liedje, waarna hij in een oogwenk weer op de rand van het – vrij hoge – podium stond, wat een verbaasde golf van commotie veroorzaakte.

Heeft iemand ooit een salto gemaakt in het Concertgebouw?  Afbeelding Simon van Boxtel

Heeft iemand ooit een salto gemaakt in het Concertgebouw?Afbeelding Simon van Boxtel

Het ensemble zette een sinfonia van Pallavicino, en deze muziek deed uiteindelijk Orliński’s armen bewegen: de violen trokken hem van links naar rechts, totdat zijn hele lichaam ongecontroleerd meedeed – maar toch professioneel gecontroleerd.

Orliński bleef tot het einde in zijn dramatische rollen en vijf keer kreeg hij applaus en begon het orkest weer met muziek. Tijdens de toegiften zong hij steeds nonchalanter, waarbij hij steeds gekkere capriolen uithaalde met zijn stem maar ook met zijn lichaam: af en toe stond hij ineens op één hand. Slechts een half uur na de geplande eindtijd verliet het publiek opgetogen de zaal. Heeft iemand al eens een salto gemaakt in het Concertgebouw?

De ‘Beyond’ tour is woensdag 22/11 in Musis, Arnhem en vrijdag 24/11 in Essen. Het album ‘Beyond’ is uitgebracht door Erato. Info: jakubjozeforlinski.com

Lees ook:

Een stem om serieus te nemen

Interview | De Argentijnse countertenor Franco Fagioli is een fenomeen. Als geen ander kan hij met zijn unieke en krachtige stem de verloren wereld van de castrati oproepen. ‘Ik denk dat we de castraten te hoog hebben geprezen.’

[ad_2]

Leave a Comment

Your email address will not be published. Required fields are marked *