[ad_1]
“Met alle zorgen en problemen die er zijn, kijken mensen naar ons en zeggen tegen ons: neem de controle terug”, zei VVD-leider Dilan Yesilgöz tijdens de verkiezingscampagne. Haar partij wil net als CDA, CU, BBB, NSC, SP en GroenLinks-PvdA ‘grip op migratie’.
En dit is niet alles. Volgens de verkiezingsprogramma’s willen partijen ‘grip’ op criminele netwerken en de betaalbaarheid van de zorg (VVD); op de CO2-emissies en collectieve uitgaven (NSC); over de grote technologiebedrijven (NSC en CU); over de beschikbaarheid van medicijnen (BBB en D66); over pensioen, technologie, de digitale wereld en het aanbod van ongezond voedsel (D66); en over belastingontwijking, internationalisering, kunstmatige intelligentie, geestelijke gezondheidszorg en public affairs (GroenLinks-PvdA). Het woord komt niet voor in het PVV-verkiezingsprogramma.
‘Grip’ is al een modewoord, maar zou dat nog meer moeten worden, vindt de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR). In het rapport dat donderdag werd gepubliceerd Greep de WRR pleit ervoor meer aandacht te besteden aan de controle die mensen ervaren over het leven.
Dit varieert van grote tot kleine dingen. Ervaren mensen controle over grotere kwesties via de politiek, zoals hierboven? Maar ook: hebben ze het gevoel dat ze hun levensdoelen, zoals een huis, een leuke baan, een goede gezondheid, kunnen bereiken? Dat zij inspraak hebben in wat er in hun omgeving gebeurt? Of voelen ze zich een speelbal van het lot?
Deze vraagstukken zijn minstens zo belangrijk als koopkracht en sociale zekerheid, betogen WRR-onderzoekers Mark Bovens en Will Tiemeijer, maar politici en beleidsmakers besteden er minder aandacht aan.
Bestuurskundige Mark Bovens kreeg in 2011 veel publiciteit vanwege zijn boek Diploma-democratie, over de kloof tussen hoog- en laagopgeleide mensen. Dit rapport gaat wederom over sociale ongelijkheid. Want ook de waargenomen controle over het leven is ongelijk verdeeld: sommige burgers hebben veel meer zeggenschap over bijvoorbeeld hun leefomgeving en de balans tussen werk en vrije tijd dan anderen. Deels hangt dit samen met opleiding en inkomensniveau, zo blijkt uit het onderzoek, maar ook andere factoren spelen een rol, zoals persoonlijke omstandigheden.
Bovens vertelt erover in zijn kamer bij de WRR. “Als mensen geen grip ervaren, kan dat grote gevolgen hebben voor hun gezondheid. Voor hun levenstevredenheid, maar nog meer voor het aantal jaren dat ze gezond leven”, zegt hij. “We zien ook dat een gebrek aan controle een van de bronnen is van algemeen maatschappelijk onbehagen. Mensen compenseren dit gebrek aan controle door hun toevlucht te zoeken bij sterke of autoritaire leiders. Of door te denken in termen van vijanden of zondebokken. Er zijn dus genoeg redenen voor de overheid om meer op controle te focussen.”
Dacht je niet toen het kabinet viel, we willen dit eigenlijk vóór de verkiezingen vrijgeven?
Bovens: “Nee, het is andersom. We waren van plan dit rapport begin oktober uit te brengen. Maar in verkiezingstijd zijn alle partijen bezig met zenden en niet met ontvangen. Daarom hebben we er bewust voor gekozen om het pas deze week te presenteren.”
Had het rapport geen rol kunnen spelen in het publieke debat?
“We hopen dat het een rol kan spelen in het langetermijnbeleid. Dat het de volgende regering, wie ze ook zal vormen, kan helpen om breder te kijken dan alleen het bieden van sociale zekerheid. Je kunt als overheid niet beloven alle onzekerheden weg te nemen en dat moet je ook niet willen, want een zekere mate van onzekerheid houdt mensen alert. Wij zeggen: probeer mensen vooral de regie te geven, zodat ze hun eigen levensdoelen kunnen bereiken.”
Zou deze bredere manier van kijken ook tot ander beleid leiden?
“Als je vanuit gripperspectief kijkt, zie je verschillende dingen in bestaande dossiers. Kijk naar de grote sociaal-economische gezondheidsverschillen. We zien al jaren dat de levensverwachting en het aantal jaren in goede gezondheid enorm verschillen tussen mensen met hoge en lage inkomens, of met hoge en lage opleiding. En dat het niet mogelijk is om die kloof te dichten. Dit wordt vooral geprobeerd door te focussen op preventie en voorlichting. Maar we laten zien dat het ook te maken heeft met ervaren grip. Sommige mensen worden ziek omdat ze flexibele banen hebben en geen controle hebben over hun werk en inkomen.”
In het rapport noemen Bovens en gedragswetenschapper Tiemeijer een aantal maatregelen die de controle van burgers kunnen versterken. Betekent meer autonomie: meer zorgverlof, meer flexibiliteit bij het kiezen van werktijden, mogelijkheden om te blijven leren en een creatievere omgang met regels op de woningmarkt, waardoor woningruil bijvoorbeeld makkelijker wordt. Maar betekent ook controle verkrijgen via de politiek: echte participatie in zaken als bijvoorbeeld de installatie van windturbines. In Flevoland, waar omwonenden inspraak kregen over waar de molens stonden en hoe ze werkten, was er bijvoorbeeld veel minder protest dan in Drenthe, waar dat niet gebeurde.
Lees ook
Niet ‘vrijheid’ maar ‘controle’ is nu het gebruikelijke toverwoord
Als je wilt dat participatie leidt tot meer ervaren controle, moet er iets met die participatie gebeuren.
“Ja. Daarom maken wij ons zorgen over de Omgevingswet die binnenkort wordt ingevoerd. Die stelt geen inhoudelijke eisen aan de kwaliteit van burgerparticipatie bij bouwprojecten. Het idee is dat we er samen wel uit komen. We zijn erg bezorgd dat dit laissez-faire aanpak betekent dat sommige groepen burgers, en met name de rijke projectontwikkelaars, veel meer controle over het milieu zullen kunnen uitoefenen dan andere. Grip is soms een nulsomspel: meer grip voor de één is minder grip voor de ander. Dat betekent dat burgerparticipatie niet altijd de oplossing is voor ongemak, maar het zelfs kan vergroten.”
U noemt in het rapport nog veel meer maatregelen die de controle kunnen vergroten. Maar is het gevoel van controleverlies nu niet zo groot dat het slechts een druppel op een gloeiende plaat is?
“Wij pretenderen niet dat alles vanzelf gaat als je dit allemaal doet, maar dit rapport geeft nadrukkelijk richting. Daarnaast moet er meer collectieve controle komen, via de overheid. Er zijn een aantal grote maatschappelijke vraagstukken die burgers niet zelf kunnen oplossen: de ruimtelijke inrichting van Nederland, migratie en klimaatverandering. Als burgers zelf geen controle kunnen krijgen, kijken ze naar anderen.
“Het kan daarom helpen als de overheid met aansprekende en gedegen plannen komt, zoals de Vinex-wijken. Dat was een langetermijnvisie voor de inrichting van de ruimte in Nederland. En denk aan het plan ‘Ruimte voor de Rivier’, dat erin is geslaagd het ingewikkelde debat over milieu, dijkversterking etc. in goede banen te leiden. Hierdoor is er veel rust en controle in dat gebied ontstaan. Maar als de overheid niet reageert op dit soort kwesties, is de kans groot dat een deel van de burgers die controle elders gaat zoeken. Bijvoorbeeld door zondebokken te zoeken of autoritaire leiders te omarmen.”
Wat moeten politici doen op terreinen waar sprake is van controleverlies, zoals de overdracht van bevoegdheden aan de Europese Unie? Hoe voorkom je dat mensen vallen voor een slogan als Take back control, de slogan van het pro-Brexit-kamp in Groot-Brittannië?
“Er zijn inderdaad internationale omstandigheden waar Nederland mee te maken heeft. Maar dat neemt niet weg dat je een visie moet ontwikkelen over waar het heen moet. Uit de situatie in Engeland bleek dat ‘Take back control’ buitengewoon aantrekkelijk was. De Britse regering bood daar geen aansprekend verhaal voor terug, waardoor er ruimte ontstond voor deze gevoelens.”
[ad_2]