Wilders heeft dat ‘tuig’ nu hard nodig

De houding van Geert Wilders tegenover journalisten lijkt vriendelijker te zijn geworden. Maar voor hoe lang?

Vol goede moed startte onze redactie in Den Haag op 27 maart 2021 met de eerste ‘weekboekformatie’, niet vooruitlopend op hoeveel afleveringen er nog zouden volgen. Het waren er 39. Wordt het nu weer een ‘run-jump-fly-dive-fall-get-up-and-go-on-formatie, vol valse beloftes en gedurfde uitspraken’, zoals we in aflevering 38 opmerkten?

Laten we beginnen met dezelfde dosis goede moed.

Een groot verschil met ruim tweeënhalf jaar geleden is dat het niet of nauwelijks over Geert Wilders ging. Zijn PVV speelde geen rol in de formatie, ook al waren de 17 zetels destijds goed voor de derde plaats, achter de VVD en D66. Nu staat de Kamerveteraan in het middelpunt van de belangstelling. Hij wil premier worden ‘van alle Nederlanders’ en heeft zijn gedrag en uitspraken daar enigszins op aangepast.

Poesje voor journalisten

Wilders is ineens ook lief voor journalisten in Den Haag. Na zijn gesprek met scout Ronald Plasterk nam hij ruimschoots de tijd om de pers vriendelijk te woord te staan, langer zelfs dan de andere fractieleiders.

Tijdens een eerder persinterview werd het bijna muf. “Wil ik premier worden? Welke politieke leider zou dat niet willen? Welke journalist zou geen hoofdredacteur willen worden?” Die vraag was minder retorisch dan hij dacht, want een aantal journalisten zeiden meteen: “Nou, dat doe ik niet.” Waarop Wilders zei: “Dat was geen goed voorbeeld.” Overal gelach. Leuk, even kletsen met Geert.

Terug naar 4 juni 2021. ‘PVV’er Dion Graus opnieuw beschuldigd van seksuele intimidatie en misbruik‘, kopte NRC die dag. Een dag later tweette Wilders: ‘Journalisten zijn – enkele uitzonderingen daargelaten – slechts uitschot van de rand’.

In deze sfeer nam het aantal bedreigingen, intimidaties of zelfs geweld tegen journalisten snel toe. De NOS moest het logo van de (satelliet)auto’s verwijderen, omdat deze soms vernield waren of onder plastic zaten.

Lijkt een premier waardig

Ruim twee jaar later wil Wilders graag premier waardig overkomen en heeft hij diezelfde journalisten hard nodig, zo bleek ook tijdens zijn succesvolle verkiezingscampagne. Bij het geven van interviews omarmde hij liefdevol al het ‘uitschot’ van de ‘mainstream media’ dat hij zo haatte.

Afgelopen weekend gekomen NRC met het bericht over de aangifte tegen de nieuw aangestelde PVV-verkenner Gom van Strien. Dat is mede geschreven door journalist Joep Dohmen, tevens co-auteur van het Graus-rapport uit 2021. Is Wilders weer uit zijn vel gesprongen over zijn journalistieke ambacht? Nee, deze keer richtte zijn woede zich op Van Strien. ‘Verdomde Gom’, zou hij zeggen De Telegraaf hebben gezegd. ‘Ik had het graag willen weten’ over die verklaring. Dat hij het nu wist, was te danken aan dat schuim van de rand. Afslag Gom van Strien.

Over die tuigtweet uit 2021 zei Thomas Bruning, voorzitter van de journalistenvakbond NVJ, vorige week: “Het wordt de hoogste tijd dat hij deze uitspraak publiekelijk intrekt.”

Wilders lijkt die bedoeling niet te hebben. Vrijdagochtend stuurde hij een frisse tweet de wereld in. ‘De media zijn (sic) geobsedeerd door de #PVV en #Wilders. Elke dag in de kranten en op radio en televisie de grootste onzin en roddels. Het zal niet helpen, vrienden van de pers. Het volk heeft gesproken en de PVV is de grootste partij van Nederland!’

Lees ook:
Wilders zoekt een andere toon en blijft dezelfde

De PVV begint de kabinetsformatie met een mildere toon richting andere partijen. Tegelijkertijd onderneemt Wilders actie tegen de komst van asielzoekers.