[ad_1]
Gepensioneerd cardioloog Bert Takens (66) pleit voor meer specialisten in Surinaamse ziekenhuizen. Hij werkte jarenlang in het Martini Ziekenhuis in Groningen. Nu verruilt Takens zijn Groningse woning voor een paar weken per jaar voor een eenvoudige woning in Nieuw Nickerie om te gaan werken in het Mungra Medisch Centrum.
Zondag is het de achtste keer dat Takens met zijn vrouw naar Nieuw Nickerie in Suriname reist. Maar waarom gaat een Nederlandse cardioloog naar Nickerie? Door een groot tekort aan specialisten en geld in het ziekenhuis. Sinds 2012 komen gepensioneerde artsen uit Nederland naar Nickerie om de handen uit de mouwen te steken.
“Toen ik vijf jaar geleden een patiënt adviseerde vaker te lopen, pakte hij de auto”, lacht Takens als hij het verschil tussen Surinaamse en Nederlandse patiënten uitlegt. Dan rijdt de Surinamer rond en loopt weer. Hier leerde Takens meteen: wandelen betekent in Suriname duidelijk iets anders dan in Nederland.
Om Surinamers in beweging te krijgen is er iets nieuws bedacht: het centrale plein van de stad is drie keer per week afgesloten voor auto’s zodat bewoners veilig rond kunnen lopen. Te voet.
Bert Takens heeft tot aan zijn pensionering in 2018 vele jaren in het Martini Ziekenhuis gewerkt, waarna hij werd gevraagd om in het Surinaams ziekenhuis te komen werken. “We dachten dat het wel wat zou zijn: zes weken werken in combinatie met vakantie en avontuur”, legt Takens uit. “We hebben nu de tijd, want we zijn met pensioen.” En het mes snijdt dubbel. “Wij helpen patiënten in het ziekenhuis en daardoor vinden veel Surinamers werk in het ziekenhuis.”
‘Met je neus in het medicijnkastje’
Takens moest even wennen in het Surinaamse ziekenhuis: “Het leven van de dokter is heel anders in Nickerie.” Volgens de cardioloog is de Surinaamse zorg vergelijkbaar met die van de Nederlandse zorg in de jaren tachtig en negentig. Zo mist het ziekenhuis bepaalde apparatuur en medicijnen die een ziekenhuis in Nederland tegenwoordig wel heeft, omdat het ziekenhuis niet zoveel geld heeft. “Dit zijn moeilijke omstandigheden om in te werken.” Tijdens zijn verblijf moet Takens proberen het beste uit zijn situatie te halen met de middelen die hij wel heeft. “De eerste dag dat ik in Nickerie aankom, steek ik mijn neus in het medicijnkastje om te kijken wat daar in zit.” Dan weet hij meteen waar hij het mee moet doen.
Ook kan hij sommige behandelingen in Nickerie simpelweg niet uitvoeren. Vervolgens moet de patiënt met de helikopter naar Paramaribo. Takens legt uit: “De drie uur durende autorit over hobbelige wegen is te gevaarlijk.” Vliegreizen zijn veiliger, maar meestal onbetaalbaar.
De dokter herinnert zich nog goed een patiënt die in de hoofdstad behandeld moest worden. Het was een jonge man die in de wachtkamer zat met zijn hoogzwangere vrouw naast hem. “Toen ik hem het nieuws vertelde, zei hij meteen dat hij het geld niet aan zichzelf wilde uitgeven.” De man was niet verzekerd en had het geld nodig om de bevalling van zijn kind te betalen.
Takens moest hem vervolgens duidelijk maken: “Als je in leven wilt blijven, moet er een behandeling plaatsvinden en dat kan alleen in Paramaribo.” Een paar weken later zat de man ineens weer in de wachtkamer. Hij kon het geld bijeenbrengen en ging voor de operatie naar de hoofdstad. De man is opgetogen en zegt dat het goed gaat. Tot grote vreugde van Takens. “Zoiets is echt een geschenk. De energie die ik erin stop is succesvol en daar doe ik het voor.”
‘Een nieuwe heup of een nieuw kleinkind’
Op elk moment lopen er tien Nederlanders door de gangen van het Nickeriaanse ziekenhuis. Maar er moeten elk jaar nog drie mensen bijkomen om hetzelfde aantal te behouden en het ziekenhuis draaiende te houden. De Nederlandse artsen komen een paar jaar en dan ineens niet meer. Takens legt uit: “Zo gaat het nu eenmaal met gepensioneerden: ze krijgen een nieuwe heup of een nieuw kleinkind.”
Hij probeert daarom Nederlandse studenten te overtuigen om te komen. “Het is een goede manier om na je studie in primitieve omstandigheden te leren werken.” Voor deze groep is het echter een stuk lastiger om zes weken vrij te nemen.
En hoe zit het met Surinaamse artsen? In Nickerie willen ze niet werken. Velen van hen blijven na hun specialisatie in Nederland. In Suriname kunnen ze zich niet specialiseren. Bovendien kan het ziekenhuis in Nickerie de artsen niet zoveel betalen, dus werken de artsen het liefst in Paramaribo of Nederland waar ze meer kunnen verdienen.
Een kassa in het ziekenhuis
Ook Dokter Takens krijgt slechts een beperkte vergoeding van het ziekenhuis. Ook krijgt hij een eenvoudig huis en twee fietsen in Suriname. “Er is daar weinig geld en het is de laatste jaren alleen maar armer geworden”, zegt hij. Er zijn maar weinig mensen die ook verzekerd zijn. Bij een calamiteit wordt de patiënt, al dan niet verzekerd, direct geholpen. Maar als de patiënt meer behandeling nodig heeft, moet hij eerst een verzekering afsluiten of rechtstreeks betalen. “Er is zelfs een kassa waar Surinamers contant kunnen betalen”, zegt Takens, nog steeds verrast.
Dit is moeilijk voor hem om te zien. Hij heeft zelfs iemand meegemaakt die echt geen geld had. “Maar als de patiënt hulp nodig heeft, doe je dat gewoon”, zegt Takens resoluut. Zo sprak hij ooit met een patiënt af dat de patiënt aan het eind van de dag, als het vaste Surinaamse personeel al naar huis was, terug moest komen om hulp te krijgen.
De toekomst van het ziekenhuis is ook niet alleen maar rozengeur en maneschijn. “Als er elk jaar geen artsen meer bijkomen, zal de zorg verslechteren, met als gevolg een hogere sterfte.” Dat is een beangstigende gedachte voor Takens. Ook bestaat de kans dat het ziekenhuis failliet gaat en veel Surinamers hun baan verliezen.
Daarom wil Takens de komende jaren zeker door en heeft zojuist zijn dokterslicentie verlengd. “Ik doe het om mensen te helpen”, zegt hij trots. Het liefst ziet de arts het ziekenhuis in Nickerie onder het ziekenhuis in Paramaribo vallen. “Dan kan iedereen geholpen worden en wordt mijn plek hopelijk ingevuld door een Surinaamse arts.”
[ad_2]