[ad_1]
Het is tijd om te stoppen met klagen over ouderen als last voor de samenleving.
Zonder die oudere vrijwilligers zouden ze instorten. Bovendien hebben deze ouderen bijgedragen in de vorm van AOW-premies en pensioenpremies. Iets wat voorheen niet het geval was.
Het is een mythe dat er te weinig werknemers zijn omdat ouderen met pensioen gaan. Het aantal gewerkte jaren in Nederland is volgens het CBS gestegen van 7.015.000 in 2015 naar 8.145.000 in 2022. Het gaat hier om het totaal aantal arbeidsjaren dat alle werknemers en zelfstandigen hebben gewerkt.
Kortom: het zogenaamde tekort aan werknemers wordt niet veroorzaakt door de vergrijzing, maar door een nog grotere toename van de vraag naar werknemers. Het aantal gewerkte jaren van werknemers en zzp’ers is met 16 procent toegenomen. Oudere werknemers die werkloos zijn, merken dat ze nauwelijks werk vinden. Een indicatie dat het personeelstekort door werkgeversorganisaties sterk wordt overdreven.
Beschikbare werkjaren
In Nederland is 30 procent van de beroepsbevolking hoogopgeleid. Dit betekent dat deze mensen vaak pas op 27-jarige leeftijd of later tegen loon zijn gaan werken. Dat wordt niet als ‘last’ weggezet. Bij de overwegingen wordt ook vergeten dat het aantal inwoners van Nederland is toegenomen van 15.863.950 in 2000 naar 17.950.672 in 2022. Meer inwoners betekent meer beschikbare arbeidsjaren.
Laten we eens kijken naar de zogenaamde ‘groene last’ (de verhouding tussen onbeschikbare jongeren van 0 tot 20 jaar vergeleken met het aantal mensen in de werkende leeftijdscategorie van 20 tot 65 jaar) en de ‘grijze last’ (de verhouding van onbeschikbare -beschikbare gepensioneerden vanaf 65 jaar vergeleken met 20- tot 65-jarigen) laten CBS-cijfers het volgende zien. In 1960 bedroeg de ‘groene last’ 71,4 procent, tegen 16,8 procent ‘grijze last’. In 2022 waren die percentages respectievelijk 36,2 en 34,1. Het totaal beschikbare werk neemt daardoor toe, wat ook tot uiting komt in het aantal verrichte arbeidsjaren.
Veroudering beperkt
En dan nog een suggestie van luie beleidsambtenaren om de AOW-leeftijd te verhogen. De AOW-leeftijd in Nederland wordt in 2024 67 jaar en blijft dat tot en met 2027. In 2028 zou deze eigenlijk 67 jaar moeten blijven, maar wordt dan 67 jaar en 3 maanden. Deze werd eerder berekend op basis van een veronderstelde stijging van de levensverwachting en gepubliceerd. Nu lijkt de oversterfte een andere uitkomst te rechtvaardigen. Maar omdat 67 jaar en 3 maanden geleden al werd aangekondigd, wil de minister van armoedebestrijding daar niets aan veranderen.
De zogenaamde vergrijzing is in Nederland zeer beperkt vergeleken met landen als Duitsland en Italië. Een kwart hoger in Duitsland en een verdubbeling in Italië. Volgens de OESO ligt de AOW-leeftijd in deze landen echter veel lager dan in Nederland. In Duitsland zal de AOW-leeftijd pas in 2030 67 jaar zijn. In Italië is deze nu 65 jaar.
Stop met het behandelen van ouderen als een last. Op plechtiger wijze: eer uw oudsten in woord en daad.
Anne van Dijk woont in Drachten
[ad_2]
