[ad_1]
Ondernemers aan de Woonboulevard in Groningen zijn niet van plan reclame van de gevel te verwijderen. Ook niet als de gemeente hen opzadelt met de nieuwe reclamebelasting.
Dat is de verwachting van Martijn Vogd, eigenaar van Vesta Meubelgroep en woordvoerder van Woonboulevard Groningen. De heffing kan oplopen tot 16.000 euro per onderneming. Het bedrag is afhankelijk van de grootte van de commerciële boodschap.
Vogd benadrukt dat bedrijven aan het Hoendiep en de Peizerweg investeren in zichtbaarheid. Ze willen herkenbaar zijn. “De gemeente heeft hiervoor regels opgesteld. Als u zich hieraan houdt, ontvangt u een vergunning. Het is een juridische uitdrukking die nu belast moet worden. Dat is een krankzinnige maatregel. Ik kan me niet voorstellen dat hier binnenkort bordjes van een vierkante meter hangen.”
Dat is de omvang die volgens de gemeente Groningen over twee jaar een vrijstelling van reclamebelasting oplevert. Volgens Vogd moet de gemeente zich richten op het verwijderen van illegale reclame. “Beboet bedrijven die zich niet aan de regels houden en laat vergunninghouders met rust.”
Waar vooral winkeliers in de binnenstad op hun achterpoten lopen, houden de winkelketens tot nu toe hun kruit droog. Volgens Guido Halman, manager bij Waarborg Vastgoed, is de drang om te protesteren tegen advertentiebelastingen nog niet wijdverbreid onder deze bedrijven. Vogd sluit niet uit dat vergunninghouders juridische hulp kunnen inroepen. “Als dat gebeurt, denk ik dat de gemeente meer uitgeeft dan de geplande uitvoeringskosten van 1.500.000 euro. Beter is het om samen met het bedrijfsleven naar verbeteringen te zoeken.”
Waarborg Vastgoed verhuurt bedrijfsruimte aan 300 bedrijven in Groningen. Hiervan vertonen ongeveer 50 tot 60 neonreclames. “Ik heb het gevoel dat een groot aantal mensen nog niet beseffen wat de reclamebelasting voor hen kan betekenen. De media hebben veel nadruk gelegd op winkels in de binnenstad. Mogelijk is het aan de aandacht van veel grote retailers ontsnapt.”
Volgens voorzitter Harrie Bouma van Ondernemersvereniging Zuidoost zal een bedrijf als IKEA zich waarschijnlijk geen zorgen maken over deze heffing, ook al zou het een rekening kunnen krijgen van minimaal 16.000 euro per jaar. Bouma spreekt woensdag namens de bedrijven de gemeenteraad toe. “Omdat wij van mening zijn dat reclamebelastingen de band tussen de gemeente en deze bedrijven niet bepaald vergroten.”
Bouma stelt dat de betrokkenheid van de ‘grote winkeljongens’ veel te wensen overlaat. “De gemeente wil dat ze meedoen aan de vergroening en verduurzaming van bedrijventerreinen. Ieder bedrijf op het Sontplein betaalt jaarlijks 5.000 euro om het gebied schoon te houden. Ik denk niet dat reclamebelasting het enthousiasme vergroot om verder na te denken over de inrichting en het beheer van openbare ruimte.”
Voor zover de grote detailhandelsbedrijven bedenkingen hebben, worden deze vooral geuit door lokale ondernemersverenigingen. Vogd wil erop wijzen dat de gemeente 500.000 euro aan reclamebelasting wil schrappen in een tijd waarin bedrijven te maken hebben met hoge personeelskosten en energiekosten, maar ook met hoge inflatie en gestegen woonlasten. “Het komt erop neer dat het rendement daalt. Je kunt dus minder in je bedrijf investeren. Laat staan bijdragen aan de kwaliteit van de openbare ruimte.”
Woensdag komt de gemeenteraad bijeen om de reclamebelasting te bespreken. Het lijkt erop dat burgemeester en wethouders bij de les blijven. Het valt nog te bezien of een meerderheid van de raad de maatregel zal steunen.
[ad_2]