Mattie Boersma (77) zet zich van kerk tot kroeg in voor de bewoners van Meckamastate

[ad_1]

Via een goede vriend kwam Mattie Boersma in aanraking met de kerkdiensten in woonzorgcentrum Meckamastate in Kollum. Sindsdien zet zij zich hier – samen met vele andere vrijwilligers – voor in. “Het is zo’n geweldig team. Je bent gewoon een dwaas, alles bij elkaar genomen.’

Mattie Boersma’s goede vriend Yke Hilboezen kwam na een hersenbloeding in Meckamastate terecht. “Sy hat hjir zit hier meer dan twee keer per week. Mag ik elke week de Cherkechinst horen. Dat wie belangrijk is. Ze hebben heel weinig fans. Ik die de zelfde trije betreed, fjouwer blijf bij haar. En dan zijn de vrijgelatenen noch nei de cherkechinst.” Haar vriend stierf drie jaar geleden.

Koster

Boersma is sinds een paar maanden koster tijdens de wekelijkse kerkdienst, de wekelijkse afsluiting. Daarvoor was zij al tweede koster, naast koster Geeske Sijtsma. Door een ernstige ziekte kon hij niet meer werken. “Dat is heel slim. Geeske steunt al jaren met hart en ziel in de opdrachtgevers. De Minsks wienen mâl mei har. Sy wie sa’n entûsjaste vrijwilliger.”

Nu is Hilly Poestra de tweede koster. De kerkdienst ter plaatse wordt verzorgd door de PKN kerk in Kollum. De diensten worden 52 keer per jaar gehouden. Veertien verschillende predikanten houden om de beurt de preek, op vrijwillige basis.

Boersma woont met haar man in Kollum, vlakbij Meckamastate. Ze zijn allebei gepensioneerd, hebben drie kinderen en zeven kleinkinderen en zijn dit jaar 54 jaar getrouwd. “Ik raak gewend aan het horen van De Westereen. Als we daar wonen en daar wonen, dan wonen we weer hier. Ik ben vanuit mijn huis in Nederland gereformeerd en mijn man kan schriftelijk schrijven. Dat is nu de PKN, dus ik ben nu thuis”, lacht ze.

Kerkelijke achtergrond doet er niet toe in de diensten in Meckamastate. “We zeggen dat minsken fan cherken is. De predikers in mij schreeuwen tegen Allegear. Het is voor iedereen fijn om daar te zijn.”

Elke vrijdag serveert ze ‘s ochtends koffie voor de inwoners van Meckamastate, waarna ze na een korte pauze als koster verder gaat tijdens de kerkdienst. “Het belangrijkste is dat de partners meestal niet naar de Cherkechinst komen. En fan ‘e tsjerke geane we nei de kroech”, zegt ze.

Noflik oerke

Na de kerkdienst vindt het noflik oerke plaats, waar bewoners, met of zonder familieleden, kunnen genieten van een hapje en een drankje. “Dat is altijd in het donker. Het is heel gebruikelijk om het gemakkelijk te gebruiken. Het was de bedoeling dat we af en toe de keuken zouden sluiten, maar dat gebeurde altijd”, lacht ze. Al met al is ze op vrijdag de hele dag van huis. ‘Je bent hier en daar. Het is sok bysûnder moai werk.”

Soms neemt ze haar 14-jarige kleindochter mee. “Het is leuk om af en toe een praatje met hem te maken. Dan is het tijd: wanneer mag ik weer naar mijn oma?”

Het woonzorgcentrum organiseert naast ‘kerk’ en ‘kroeg’ nog veel meer activiteiten. “Ik denk dat Meckamastat daar heel goed is. Er is elke dag wel iets. Als je niet komt, heb je geen idee wat hij doet.” Al deze activiteiten worden gerund door vrijwilligers. In totaal zetten zich ongeveer 90 vrijwilligers in voor het woonzorgcentrum. “Het is zo’n geweldig team. Je bent gewoon een dwaas, alles bij elkaar genomen.’

Eén keer per maand is er op zondag een zanguur in de Meckamastate-zaal. Mattie Boersma schenkt daar ook de koffie. En dat doet ze ook op woensdagochtend in Pro Rege, het pand vlakbij de Oosterkerk in Kollum.

Ze vindt vrijwilligerswerk ontzettend leerzaam. “Je krijgt het idee dat het kaal is in je huis. Ek de minsken binnen altijd tankber, dacht je goed. En vrijwilliger zijn is al met al net zo belangrijk als vrijwilligers die andere dingen doen. Ik geniet van het hielbeen fan en het is heel belangrijk.”

[ad_2]

Leave a Comment

Your email address will not be published. Required fields are marked *