Cultuursubsidies produceren overheidskunst – Friesch Dagblad

[ad_1]

Overheden in Fryslân geven er de voorkeur aan grootschalige evenementen te ondersteunen die cultuur combineren met verstandige woonadviezen. In België werken ‘klimaatdichters’ al aan de creatie van een nieuwe mensheid. Sinds wanneer zijn de staat en de rebellen beste vrienden?

Tien jaar geleden bekritiseerde Ton Broekhuis, destijds directeur van fotofestival Noorderlicht, in deze krant de geïnstitutionaliseerde kunst “die voor een groot deel afhankelijk is van, en zich dus richt op, subsidiecircuits.” Volgens hem werd fictie door concepten met kop en staart van de artistieke kaart geveegd. “Concepten die in aanmerking komen in het kader van het kunstbeleid.”

Denk aan de Bermudadriehoek. In de draaikolk van cultuur, commercie en overheid verdwijnt de autonome kunstenaar van de sociale radar. In zijn plaats komen ‘makers’. Dit zijn culturele ondernemers die het Mooie combineren met het Nuttige (het verspreiden van een vaak verspreide vaderlijke boodschap) en het Handige (meedrijven met de politieke passaatwinden, afmeren in de beschutte haven van een subsidieverstrekker).

Moeten we ons het huidige kunstklimaat in Fryslân voorstellen? Recente miljoenenprojecten, in 2018 (Culturele Hoofdstad) en 2022 (Arcadia, opnieuw in 2025), smeken om kritische analyses van het culturele veld. Culturele Hoofdstad en Arcadia waren producenten van wat je overheidskunst zou kunnen noemen. Het eerste evenement bestempelde de ‘iepen mienskip’ als alfa en omega voor cultuursubsidies. De tweede doordrenkte die denkbeeldige gemeenschap met een cultuur die vol zat met verstandige politieke boodschappen aan de burgers.

Overheden en hun satellieten willen maatschappelijke impact, verwachten een bijdrage aan duurzaamheid, willen graag een onderwijsstrategie zien, vragen naar uw plannen om een ​​groter en gevarieerder publiek te bereiken. Ze belonen bijzondere aandacht voor identiteit, overconsumptie, mienskip, minderheden en klimaatdoelstellingen. Kunstenaars worden uitgedaagd om zich als ondernemers te gedragen in een bijzonder soort economie. Het is logisch dat er behoorlijk wat kunst komt die naadloos in een cultuurbeleid past.

Nieuwe menselijkheid

Het is een provinciale, nationale en Europese trend: kunst in opdracht waarbij het esthetische een sociaal streven is bestaansreden overschaduwt. Neem het Belgische kunstenfestival Watou, ‘landschap van de verbeelding’. Het vindt plaats in juli en augustus in de stad Poperinge. Inspirator Koen Vanmechelen hoopt in een persbericht dat kunstenaars met ‘nieuwe landschappen’ komen ‘waar een nieuwe mensheid geboren kan worden’.

Dichters fantaseren ook. Een speciale fietsroute voert je langs klimaatgedichten van dertien zelfbenoemde klimaatdichters. Een curator van Watou: ‘De klimaatdichters willen met hun poëzie inspireren, verontrusten, mobiliseren en vooral moed geven om zorg te dragen voor deze wereld die ons thuis is.’ Het motto van een conferentie van het Belgische cultuurhuis Bozar onlangs in Brussel was ‘Kan poëzie de wereld redden? Het is het proberen waard’.

Watou bestaat echter niet uitsluitend dankzij zulke opmerkelijke pretenties. ‘Watou is een organisatie van de stad Poperinge.’ De nieuwe menselijkheid zal moeten worden gecultiveerd in een gewoon administratief onderdeel van een lokale Belgische overheid. Ingericht en bewaterd door onder meer de Nederlandse ambassade in Brussel, bank BNP Paribas Fortis, Literatuur Vlaanderen, Mondriaan Fonds, Bezoek Vlaanderen en de Nationale Loterij. Dan nog een keer: ja.

Ontsnappen

“Overheden profileren zich steeds meer op evenementen”, zei Ton Broekhuis in 2014. Met de medewerking van de media, het bedrijfsleven en een heel universum van semi-private fondsen ontstaat er een middelpuntzoekende kracht waarbij de gratis internet ruimteafval dat aanvoelt alsof een vrije kunstenaar… wil ontsnappen?

Overheidskunst wil wakker worden. Juist daarom is ze artistiek gezien vaak voorspelbaar en saai. Merk ook op dat radicaal en conformistisch hier dicht bij elkaar liggen. Zo zeggen de Nederlandse Klimaatdichters (ruim 230 aangesloten dichters, ook in te huren) op hun site dat ze ‘met poëzie in al haar verschijningsvormen willen strijden voor een klimaatvriendelijke wereld’. In de tussentijd verenigen ze zich niet tegen armoede, ongelijkheid van kansen, misdaad, uitbuiting, analfabetisme, racisme, discriminatie, neergeschoten soldaten en welk triviaal lijden er ook is.

Het doe iets! , dat voorheen vaak aan staten was gericht, treft nu burgers. Ook overheidskunst legt de verantwoordelijkheid voor wereldproblemen graag bij de burger. Hij moet zijn gedrag veranderen. Kunstenaars kunnen daarbij helpen, aldus ex-directeur van Tresoar Bert Looper. Ze zouden vaker moeten kleuren ‘buiten de lijnen van Fryslân die bekritiseerd worden door de politieke en toeristische sector’, schreef hij in het februarinummer van De Moanne . Er wordt gezegd dat de kunst te vaak wordt verstikt door ‘Fries zelfbewustzijn’, met als lelijk gevolg ‘een onvermogen om te genieten van cultureel geluk’.

Toch was het de Culturele Hoofdstad die een reeds voorgefinancierd plan van de Friese beweging om met een culturele karavaan door de provincie te trekken, annuleerde. En de elf fonteinen mochten onder geen beding door Friese kunstenaars worden ontworpen. De Friese taal beperkt het publieke bereik, kunst van Friese bodem zorgt niet voor voldoende ‘buiten’-exposure. Dat was het gevoel. De Friese kunst isoleerde zich niet, maar werd in isolement gedreven.

Onzichtbaarheid

Kan Fryslân nog ‘slordig’ – cultureel zichtbaar – gekleurd worden? Kan het Dada-monument in Drachten bestaan ​​zonder afgedankte, dus gerecyclede, mutsen? Geld en publiek zochten de afgelopen maanden vooral naar de ijzige musical De reis in Leeuwarden (vink het vakje aan: iepen mienskip, opwarming van de aarde).

De temperatuur buiten kan stijgen, maar het kunstmatige klimaat koelt af. Meerjarige trends wijzen er niet op dat kunst en cultuur in 2025 zullen verdwijnen bij Arcadia 2.0. Voor kunstenaars is het straks een kwestie van kiezen of delen: bestaan ​​in het cultuurbeleid, of ten onder gaan in onzichtbaarheid.

Abe de Vries is cultuurredacteur bij het Friesch Dagblad

[ad_2]

Leave a Comment

Your email address will not be published. Required fields are marked *