[ad_1]
Pastors en kerkraden in de Christelijk Gereformeerde Kerken (CGK) en aanverwante kerkgenootschappen hebben moeite kerkleden aan te spreken die niet ‘leven volgens de Bijbel’. Een ‘disciplinaire procedure’, waarbij een lid uiteindelijk uit de kerk kan worden gezet, is een lastig proces. Tineke Boele-Noort deed hier onderzoek naar: “Ze zijn erg verlegen om actie te ondernemen. Ook omdat discipline vaak een averechts effect heeft: de zondaar keert zich af van de gemeenschap in plaats van zich te bekeren van zijn zonde.”
Kerkelijke discipline is in veel opzichten een spannend onderwerp, merkte Tineke Boele-Noort (29) toen ze de afgelopen zes jaar aan haar proefschrift werkte. Maandag promoveerde zij aan de Theologische Universiteit Apeldoorn (TUA). “Als mensen hoorden dat ik met dit thema bezig was, kwamen er vaak emoties los: walging, verdriet, teleurstelling. Maar ook vechtlust. Zo van: ja, daar moeten we in onze kerk echt meer aan gaan werken.”
Haar proefschrift Kijk op discipline is gebaseerd op gesprekken met predikanten en andere kerkenraadsleden. “Ik heb diepte-interviews gehouden met 24 predikanten van de CGK over hoe discipline in de praktijk eigenlijk werkt. Dezelfde thema’s en vragen besprak ik ook in zogenaamde focusgroepen. Deze bestonden uit kerkenraadsleden van de Nederlands Gereformeerde Kerken (NGK), de Protestantse Kerk in Nederland (PKN), de Hersteld Gereformeerde Kerk (HHK), de voortgezette Gereformeerde Kerken in Nederland (vGKN), de Gereformeerde Gemeenten (GG) , de Gereformeerde Gemeenten in Nederland (GGiN) en de Oud Gereformeerde Gemeenten in Nederland (OGGiN). De bereidheid van ambtsdragers om mee te werken aan een onderzoek naar een dergelijk gevoelig onderwerp, waarbij ook de privacy van mensen een rol speelt, verraste mij. Blijkbaar zagen mensen de urgentie ervan in.”
Urgentie
Ook de generale synode van de CGK besefte al jaren geleden dat dit onderwerp bestudeerd moest worden. “Mijn onderzoeksaanstelling sloot mooi aan bij de urgentie die de synode voelde rond dit thema.”
Dus wilde je vooral onderzoeken hoe discipline in de praktijk functioneert in de kerkelijke context van de CGK?
“Ik heb mijn onderzoek zo ingericht dat ik begon met diepte-interviews met predikanten van de CGK. Maar vanuit academisch perspectief wilde ik dat mijn studie ook betekenis zou hebben voor de breedte van de gereformeerde traditie. Om dit te bereiken heb ik ervoor gekozen om naast deze interviews ook vragen te stellen aan een aantal focusgroepen waarin ook kerkenraadsleden van andere kerkgenootschappen zitting hadden. Het afnemen van diepte-interviews met hen zou ook te veel tijd hebben gekost.”
Behouden
Een belangrijke uitkomst van uw onderzoek is dat kerkenraden het heel moeilijk vinden om een gemeentelid te disciplineren. Het effect hiervan is meestal contraproductief, ervaren zij.
“Dat klopt. Het doel van discipline is om een kerklid dat in een bepaalde zonde leeft, van verkeerd gedrag af te brengen en hem of haar voor de kerk te behouden. In de overgrote meerderheid van de gevallen gebeurt echter het tegenovergestelde van wat de bedoeling was. De man of vrouw in kwestie trekt zich terug uit de gemeenschap, hetzij onmiddellijk in de eerste fase van de tucht, de zogenaamde stille censuur, hetzij in een latere fase van het tuchtproces.”
“Dat zorgt voor veel frustratie bij kerkenraden. Wel onderschrijven de ambtsdragers het principe en ideaal van de kerkelijke tucht, zoals ook beschreven in de diverse kerkordes. In de gesprekken die wij voerden, wijdden zij daar mooie woorden aan. Ze spreken dan bijvoorbeeld over het medische karakter van de discipline: de genomen maatregelen zijn bedoeld om de zondaar te genezen. Of om een verloren schaap terug te brengen naar de kudde.”
Onhandelbaar
“Maar in de praktijk, zo geven ze aan, is het weerbarstig. Omdat mensen het ervaren als maatregelen die van bovenaf, vanuit een machtsstructuur, worden opgelegd. En dat begrijp ik, want als kerkleiderschap vel je een oordeel over iemands leven. De bekende opgestoken gereformeerde vinger, hè?”
“Er zijn nog veel meer dingen die het toepassen van discipline lastig maken. Zo vinden kerkenraden het soms onmogelijk, zoals vereist door de kerkorde, om te bepalen wie de zogenaamde schuldige partij is in geval van een huwelijksconflict of echtscheiding. Vaak slagen ze daar niet in. Al met al heeft discipline door dit alles vaak eerder een afstotend dan een aantrekkelijk effect. En omdat kerkenraden dit weten, zijn ze vaak zeer terughoudend in het volgen van de weg van formele tucht. Ik heb in mijn onderzoek slechts enkele voorbeelden gevonden dat het hele traject tot en met het kruispunt met de gemeente is afgelegd.”
Discipline wordt ook bemoeilijkt door kerkelijke verdeeldheid, schrijft u.
“Er is iets moois aan het feit dat kerkmuren lager zijn geworden. Maar het bestaan van een veelheid aan gereformeerde kerken heeft een desastreus effect op het functioneren van de discipline. Accepteert één gemeente niet dat u ongehuwd samenwoont? Dan ga je gewoon naar een andere, soms zelfs binnen dezelfde kerk. De gedachte dat wij als kerken blijkbaar zo verschillend denken over wat zonde is, heeft mij diep geraakt. Is dat eigenlijk niet verschrikkelijk?”
Gunstig
Toch noemen de ambtsdragers ook enkele gevallen waarin discipline wel een gunstig effect heeft gehad.
“Gelukkig. Ik heb hier in mijn proefschrift een paar paragrafen aan gewijd. Het gaat om situaties waarin een kerklid, na het toepassen van discipline, zich bekeerde van zijn zonde, zijn levensstijl of opvattingen veranderde en zo gered werd voor de kerk. Sommige respondenten konden vertel hierover bemoedigende, mooie verhalen, bijvoorbeeld van een kerklid dat, als gevolg van vermaning en discipline, zijn schuld bekent over zijn buitenechtelijke relatie en daar een einde aan maakt.”
U schrijft dat driekwart van de geïnterviewde CGK-pastors wel eens de disciplinaire maatregel van het achterhouden van de Heilige Communie heeft toegepast en dat bij het leeuwendeel van deze situaties sprake was van seksuele zonden.
“Soms ging het ook om andere zaken, zoals diefstal, ruzie in een gezin of gemeenschap, of zelfs moord. Maar inderdaad, het merendeel van de kwesties had betrekking op het zevende gebod. Dit veroorzaakte bij veel respondenten merkbaar ongemak. Want het mag waar zijn, zeggen veel predikanten, dat ongehuwd samenwonen, een voorhuwelijkse zwangerschap of het weglopen van je vrouw of man fijn en aantoonbaar en meetbaar zijn; toch blijft het zo dat er nog veel meer zonden bestraft moeten worden. Neem ons materialisme. Als rijke westerse christenen maken we deel uit van een mondiaal collectief systeem dat anderen uitbuit.”
Avondeten
“Bovendien belijden wij christenen bij uitstek tijdens het Heilig Avondmaal dat we allemaal zondaars zijn, dat we de afgelopen maanden niets hebben gedaan, dat we met lege handen komen en het volledig van Christus verwachten. Sommige respondenten zeiden, en dat kan ik persoonlijk wel begrijpen: zou dit besef ons niet een zekere clementie moeten geven tegenover kerkleden die misschien iets meer buiten de lijntjes kleuren dan wij?
Criteria die hier worden gebruikt en die u ook in uw proefschrift vermeldt, zijn dat zonde strafbaar wordt als deze openbaar, aanstootgevend en opzettelijk is gepleegd. Zijn dit niet nuttige criteria om onderscheid te maken tussen de ene zonde van de andere?
“Dat helpt wel. Maar neem nu die publiciteit. Als iemand dure kleding draagt die mogelijk met kinderarbeid is gemaakt, is dat ook heel publiekelijk en zichtbaar. Net zoals wanneer iemand een nieuwe dieselauto koopt. Besef bovendien dat het erg is als je als kerkenraad iemand ervan weerhoudt het avondmaal te nuttigen. Op zo’n moment zeg je eigenlijk: die verlossing in Christus, die vergeving, die verzoening, is er onder deze omstandigheden niet voor jou. Je staat met een half been buiten het Koninkrijk. Ik bedoel: dan moet je precies weten wat je doet als je de ene zonde disciplineert en de andere niet.”
Heiligheid
Een argument dat wel eens wordt gebruikt om kerkleden met een bepaalde levenswijze uit te sluiten van het Avondmaal is dat de heiligheid van de kerk moet worden gewaarborgd en de vrede en eenheid in de gemeenschap behouden moeten blijven.
“Dit zijn op zichzelf relevante en Bijbelse perspectieven. De apostel Paulus legt in zijn brieven grote nadruk op de heiligheid en eenheid van de kerk. Maar het raakt mij wel als je blijkbaar je eigen heiligheid moet bewaken ten koste van een ander. Discipline is niet bedoeld om iedereen op één lijn te krijgen. Soms, als er onenigheid is in een gemeente, zal de hele gemeente op zijn kop moeten staan.”
Eén enkele respondent die u tijdens uw onderzoek sprak, lijkt te suggereren dat we, gezien alle problemen rond dit instrument, beter af zouden zijn als we de kerkelijke discipline zouden afschaffen.
“Dat is zeker niet mijn pleidooi. Ondanks de problematische kant ervan is discipline onmisbaar voor de kerk. Het maakt deel uit van de essentie van de christelijke religieuze gemeenschap dat zij probeert de kwetsbaren te beschermen, onrecht te bestrijden, ook in haar eigen midden, en de waarheid na te streven. En dan moet je als kerkenraad soms in actie komen. Vooral als dat kwaad het imago van de kerk schaadt.”
Selectiever
“Maar ik denk dat we selectiever moeten worden in de kwesties waarin we discipline toepassen. Bewaar dat, zou ik zeggen, voor zaken waarbij het kwaad zich zo sterk dreigt te verspreiden dat het moet worden gestopt. Specifiek? Denk aan misbruiksituaties, waarbij slachtoffers zijn gevallen of mensen schade hebben geleden of dreigen te krijgen.”
“Het blijft belangrijk dat er in de kerkelijke praktijk voldoende ruimte is voor maatwerk. Onder de Kerkorde van Dordrecht is sprake van een lineair proces: als je als kerkenraad eenmaal a hebt gezegd, moet je ook b zeggen, totdat je bij de uitsluiting of het verbod uitkomt. De Hervormde Kerkorde noemt een aantal instrumenten waar kerkenraden gebruik van kunnen maken. Dat geeft meer ontspanning.”
Eén van de conclusies uit je proefschrift is dat conservatievere kerken, zoals de (Oud) Gereformeerde Gemeenten (in Nederland) iets minder problemen hebben met het toepassen van discipline. Hoe verklaar je dat?
“Zij hebben er ook moeite mee, maar anders en inderdaad minder. Ze hebben sowieso weinig avondmaalgangers. Verder helpt het natuurlijk enorm dat er in deze kerken nog steeds een vrij duidelijke en uniforme morele standaard heerst. Er is minder discussie over wat zonde is en wat niet. Er zijn genoeg vragen in de NGK en in delen van de CGK over hoe je tegen homoseksuele relaties of ongehuwd samenwonen moet aankijken, maar in de rechtse kerken heb je die discussie niet op die manier.”
Hoe werkt een tuchtprocedure?
Kerkraden kunnen een gemeentelid dat ‘in zonde leeft’ tot orde roepen via a disciplinaire procedure . Het doel is om het misleide gedrag van het kerklid te corrigeren. Normaal gesproken bestaat de procedure uit drie stappen. E Eerst vindt er een gesprek plaats met ambtsdragers. Mocht dat niet helpen, dan wordt u de avondmaaltijd ontzegd. De laatste stap is het ‘afsnijden’ of het ‘verbod’. In dat geval mag de persoon geen lid meer zijn van de kerkgemeenschap. In eerste instantie zul je er een vinden tuchtprocedures verlopen in stilte; alleen het kerklid zelf en de kerkenraad zijn er dan van op de hoogte. De gemeente wordt later in de procedure geïnformeerd. Aanvankelijk wordt er geen naam genoemd, maar later in het proces wel.
Tineke Boele
Tine Emma Boele-Noort werd geboren op 12 februari 1995 in Nijkerk. Ze studeerde theologie aan de Theologische Universiteit Apeldoorn (TUA) en aan de Theologische Universiteit Kampen (TUK). Recentelijk is zij gestart als docent praktijkgericht onderzoek bij Driestar Educatief. Ze woont in Gouda met haar man en drie kinderen. De familie is aangesloten bij de hervormde Sint-Jansgemeenschap. Maandag promoveerde zij op haar proefschrift Kijk op discipline. Een praktisch kerkelijk onderzoek naar opvattingen over en praktijken van kerkelijke tucht volgens predikanten binnen het gereformeerd protestantisme .
[ad_2]