[ad_1]
en leefbaarheid rondom Velsen is het tevens de grootste CO2uitzender van Nederland. Dat zijn twee afzonderlijke kwesties. Fijnstof, grafietregens en stofwolken bedreigen de gezondheid: een regionaal gevaar. CO2 is niet giftig maar veroorzaakt de opwarming van de aarde: een mondiaal gevaar. Beide zijn het resultaat van dezelfde procesindustrie, de productie van staal uit ijzererts en steenkool.
Het sluiten van de hoogovens van Tata in Nederland en het overlaten van de staalproductie aan andere landen lost het lokale probleem alleen op – of beter gezegd: verplaatst het naar elders. Om ook de mondiale dreiging van CO2-uitstoot aan te pakken2 Om dit aan te pakken moet het productieproces veranderen. Dat kan: door waterstof te gebruiken voor verwarming in plaats van steenkool, en door meer schroot als grondstof te mengen met het ruwe erts.
één van de twee cokesfabrieken (die steenkool verwerken) in Velsen te sluiten. Maar voor de transitie naar een schoner productieproces vraagt het bedrijf een grote bijdrage van de staatskas. Het enige argument daarvoor is de Europese concurrentie: ook grote staalproducenten in Duitsland en Frankrijk krijgen miljarden aan staatssteun om te verduurzamen.
Naast de hoge kosten is er nog een obstakel: de schaarste aan waterstof. Deze wordt geproduceerd uit fossiele brandstof (dan is het ‘grijze’ waterstof) of met duurzaam opgewekte elektriciteit (‘groene’ waterstof).
Schoner staal produceren kan, maar er blijft een probleem…
[ad_2]
