[ad_1]
De gemeente Achtkarspelen benadert haar eigen onafhankelijkheid met grote zorg. Dat bleek donderdag tijdens de raadsvergadering in Buitenpost.
De zogenaamde tariefbepaling lag op tafel. Want wat voor gemeente wil Achtkarspelen zijn als de officiële breuk met Tytsjerksteradiel na 1 januari 2025 wordt afgerond?
De uitkomst van het opdrachtonderzoek leverde geen verrassingen op. Achtkarspelen wil een gemeente zijn van mienskip, van korte lijnen, van ‘we rêde ússels wol’, maar ook van hulp als het nodig is.
Ravijnjaar 2026
Omdat de gemeente hulp nodig heeft. “Het lijkt erop dat de oeraard voorbij is”, zei Gert Terpstra van het CDA tijdens de aankondiging van een raadsbrede oproep aan de onderhandelende partijen in Den Haag.
Wethouder Jouke Spoelstra steunde de boodschap. Zonder extra geld van de overheid komen voorzieningen in Achtkarspelen en ‘anders plattelandsgemeenten’ onder druk te staan. Zeker vanaf ‘ravijnjaar 2026’, wanneer gemeenten aanzienlijk minder geld zullen ontvangen. “Bliuw, stop alsjeblieft, je Keamerleden.”
Positieve instelling
Of de dure splitsing van de gemeente daarbij gaat helpen is een aanvullende vraag. Afgelopen november dienden de ChristenUnie, PvdA en GroenLinks daarom een motie in om de scheiding ongedaan te maken. Tevergeefs.
Donderdag leken de oppositiepartijen zich hiermee te hebben verzoend. Ze gingen daarom akkoord met de koersbepaling, die volgens Hink Speulman van de PvdA ‘een heel algemeen stuk was waar je eigenlijk niet tegen kunt zijn’.
Wethouder Tjibbe Brinkman bedankte de oppositie voor “positieve steun”. Dit is belangrijk, want “als we daarin slagen, moeten we blij zijn met elkaar.” Maar: “Natuurlijk maken wij ons zorgen over de financiën.”
Grote zorgen
Ook ambtenaren hebben deze zorgen. De koersbepaling ‘zorgt voor de nodige onrust’, staat in een brief van de ondernemingsraad. Het aantal vacatures binnen de organisatie is hoog en het percentage ingehuurde arbeidskrachten is gestegen naar 25 tot 30 procent.
Kortom: ‘Medewerkers maken zich grote zorgen over de organisatorische kwetsbaarheid van de organisaties na de splitsing.’
[ad_2]