[ad_1]
Van de Goddeloazesingel in Damwâld tot aan de akkers rond Suwâld is Harmen Pieter de Vries de volledige naam en hij is de man die in de maanden februari en maart bij negen boeren de mollenpopulatie op peil houdt. Zijn vaste maatje weet dat. Harmen is zelfstandig ondernemer bij klusbedrijf Handel en Dienstverlening HP de Vries. ‘Als je het niet kunt vinden, dan ben je niet binnen.’ Een tegenwicht want ‘Als timmerman zat je binnen in de modder.’
In totaal beheert Harmen zo’n 550 hectare weiland op ‘njoggen Pleatsen’, zoals hij het zelf zegt. Waarvan 40 hectare singellân. De ‘fjildman’, geboren in 1986, doet dit inmiddels vijftien jaar. En in die vijftien jaar heet de grootste verandering de ‘quad’. “Toen het begon, moest ik naar binnen rijden, zodat ik kon kijken of ik bij de auto kon komen en de rest kon schoonmaken.” Maar de laatste jaren koppelt hij de aanhanger met quad aan de bedrijfsbus.
Maar er is meer veranderd: “Vanaf het begin vroeg ik wol tegen 200/300 mol per vierkant. Dat komt omdat de boeren dit gewoon negeren. Datgene wat in bealich fol werkt. Nu zijn dat ongeveer 50 of 60.”
Vaste werkwijze
Hij heeft een vaste werkwijze met de quad. “Ik kus mijn oren terwijl ik bij de lizze ben en dan rijd ik rond de ballen achter me in de quad. En dan kan ik hem met klemmen ertussen zetten. Sa dekt alles af of wel.” Hij hoeft het niet te doen het gaat om de opbrengst van de mollenhuiden omdat die tegenwoordig niets meer opleveren. In principe geeft hij de mollen terug aan de natuur. “Ik heb het toen uitgeknipt en uitgeknipt. De meeste bevinden zich binnen en in het midden van de fûgels.”
De huiden zijn zijdezacht en soms trakteert Harmen zichzelf op een huid rond de ‘gjalt’ (kruisstuk) van de ‘lep’. “Dat is hetzelfde als de doffers en het voelde heel fijn.” Volgens hem is het geheim van het vangen van moedervlekken heel simpel: ‘Je moet tinke-as in de moedervlekken doen. Als je haast hebt, moet het meisje denken dat de mol in een tractor of een kousenband zit.’ Want vergis je niet in de slimheid van een mol: hoewel hij blind is, is de geur zeer sterk ontwikkeld.
Voorspelbaar
Harmen geeft een voorbeeld. “Ik realiseer me dat ik Damwald heb vastgeklemd en dat de bestelling netjes was. Plaats de klemmen op de oorder en Suwâld en de geur van het groen komt niet uit de klemmen. That rûke dy mollen fuortendaliks.” Toch zijn de wezens ook voorspelbaar op de plekken waar ze het liefst zitten. ‘Faak zat op de hege en droeg de bermen, net zo trots op de nattere of. Hast wolris in mollenzwemmen sjoen? Dy bistjes zwemmen als in raket. mollen kunnen niet wachten om het te horen, en ik kijk al naar hun wollige haren waar ze moeten graven, waar ze op de grond komen.
Naast de bermen zijn ook de ‘dammen of betonpaden in het land of elders in hekwerk’ populaire plekken. ‘Toch zit ik in de boer en daar heb ik een prima of fyftich klemset, maar het is iets minder dan de hel van zo’n 25 mol. Gisteravond was ik een nieuwe boer en heb ik 75 mol verzameld.’ ‘ Over het algemeen zie je pas na een jaar of twee, drie het resultaat van de mollenvangst. ‘Het is slechts een kwestie van tijd tussen de idioot en de sudders die al in Heelsdal zitten, want dan staat de boer in de modder met machines op het land. Dan moet het immers mollenminnend zijn.”
Boerenzoon
En Harmen kan het weten, als kind voelde hij zich thuis in het open veld als boerenzoon. Hij is een ‘fjildman’ die naast het jagen in de herfst en natuurlijk ‘vangen’ op een gegeven moment ook vissen als hobby heeft. “Eins fyn ik fiskjen noch het is allermooist.” Als boerenzoon weet hij wat er gebeurt als je een weiland vol mollenbulten ongemoeid laat. “Het is beter, want die hobbels kwamen gewoon in het gat. Als je onder de hobbels naar dit land komt, dan is het slechts een kwestie van tijd en dan zijn de machines weer helemaal voorbij.”
Zo nu en dan komt hij een mol tegen die hem en zijn klemmen altijd te slim af is. “Dat is zeker met Wolris gebeurd. Dy Geane zoekt naar de klem achter hem. Omdat die moedervlekken net in die kwetsbare teven zijn terechtgekomen. Hoe dan ook, de klem zou sluiten en dan zou de mar daar blijven zitten. Faak geane se hast altiten wol dea dy ferwûningen.” Maar, stelt Harmen, van dierenleed is geen sprake. Dit geldt ook voor de jacht in de herfst rond de maïsoogst. “Bij sommige mensen denk ik dat we een beetje waardeloos waren, maar we waren verdomd blank, precies wat we aan het doen waren.”
Onwetendheid
Harmen blijft laconiek tegenover deze onwetendheid. “Jeien is ook een kwestie van ‘wildlife management’ en ‘hertenwildmanagement’ dus het is sizze. We vertellen de soarten en dogge ek oan ‘damage management’. En de vossenjacht in de nacht. De provincie bepaalt hoeveel van het land Schadebeheer betekent onder meer het beperken van de schade veroorzaakt door ganzen en kraaien.
En vergeet niet het aantal herten in een gebied bij te houden. Omdat veel herten worden aangereden zonder dat dit wordt gemeld. “Rapportage die de zaken beter maakt. Maar als we 300 herten tellen, is dat waarschijnlijk de helft van wat we doen. Der wurdt in soad deariden.”
Harmen krijgt soms een telefoontje met de boodschap ‘Der stiet in ree yn myn tún’. Het antwoord is steevast: “Nee, dat is de reden waarom, ja, ja, je huis is waar je woont.” Een wijsheid die veel mensen ter harte zouden moeten nemen.
Terug naar de onmisbare quad voor het vangen van mollen. Met als bijkomend voordeel dat je onderweg ook veel andere dieren ziet. Verborgen hazen waar Harmen wel eens een foto van maakt. En boeren hoeven ook niet op te geven vanwege de prijs. “Ik heb in tientallen jaren trouwens altijd tienduizenden hectares werk laten verzetten. Sûnt ferline jeer is der in euro kaam.” Als je dat vergelijkt met andere prijsstijgingen, dan mag dit geen naam hebben. Omdat ‘it belok fan in fjildman yn it fjild’ niet in geld kan worden uitgedrukt. Gelukkig niet.
[ad_2]