Tv-recensie | Wortelboer en Van Rossem gaan verder dan ludieke uitstapjes over seks

[ad_1]

Er was een ‘klik’. Een vonk, of hoe het tegenwoordig wordt genoemd… vonk. Emma Wortelboer, geboren in 1996 in Deventer, en Maarten van Rossem, geboren in 1943 in Zeist, schelen ruim een ​​halve eeuw, maar leken het uitstekend met elkaar te kunnen vinden tijdens de opnames van De slimste persoon. Zij was er als kandidaat, hij is er al jaren als vaste commentator en professionele mopperaar. En ter plekke, of kort daarna, moet gedacht zijn dat het wel leuk zou zijn om die twee samen een programma te laten maken.

Zo’n programma heet natuurlijk, geheel naar de maatstaven van nu Wortelboer en Van Rossem. Want het draait allemaal om hen, laat daar geen misverstand over bestaan. Donderdag heb ik de eerste van de zes afleveringen gezien. Het ging, gezien hun spontane chemie, heel toepasselijk over relaties, liefde en partnerkeuze. Hoe ging het toen en hoe gaat het nu? Het idee is dat deze twee mensen de ‘gapende generatiekloof’ zullen overbruggen die hen scheidt. En dat werkte behoorlijk goed.

Emma’s eerste vraag aan Maarten was hoeveel mensen hij heeft gekust. Aan branie geen gebrek. Even vreesde ik dat dit programma een hoog gehalte zou hebben van ‘Alles wat je je opa nooit durfde te vragen’, een oudere versie van Spuiten en slikken. Vraag twee was of Maarten een beetje kon praten. Ik wilde niet per se dat dat beeld opgeroepen zou worden, maar ik moet zeggen dat Maarten van Rossem adequaat heeft gereageerd. Hij zei dat hij nog nooit slechte feedback had gekregen. Hij merkt echter op dat er ook voor de wederpartij een inspanningsverplichting bestaat. ‘Anders kun je net zo goed een vochtige grot kussen.’

Emma neemt Maarten mee naar een bruidswinkel om trouwjurken te passen. Ze wil de hele boel. De jurk, het ja-woord, de kerk, het hele ritueel. Zijn bruiloft vond plaats op een doordeweekse dag, hij droeg zijn dagelijkse ‘kleding’, zijn bruid een groene zomerjurk. Geen familie daar. Er is hier sprake van een generatiekloof. Ze sloten het af met vriendelijk wederzijds onbegrip. Maarten verstopt zich op het bankje in de winkel met meegebrachte paaseieren en geeft geamuseerd commentaar op de trouwjurken die ze draagt.

Gepoederd en opgerold

Hij neemt haar mee naar drogisterij De Eekhoorn, de enige plek waar in zijn jeugd condooms onder de toonbank werden verkocht. Ze vindt het prehistorisch dat de kapotte stukken na gebruik werden afgespoeld, gepoederd en opgerold voor de volgende gelegenheid. Hij maakt grapjes over de Tinder-app op haar telefoon, waarop hij vrouwen naar rechts (like) of links (dislike) kan swipen. “Ze lijkt op mijn broer.” Samen bezoeken ze de hedendaagse drogisterij waar de keuze aan voorbehoedmiddelen enorm is. Ze laat hem de ‘satisfyer’ zien waarmee ze haar eerste orgasme beleefde, hij biedt het puntje van zijn neus aan om te ervaren wat zij voelde.

Als het bij dit soort leuke uitjes was gebleven, weet ik niet zo goed wat ik van dit programma had gevonden. Maar ergens in het midden zien we waarom deze twee mensen ‘klikken’. Een klinisch psycholoog en relatietherapeut laat hen een beeld schetsen van het gezin uit het verleden. “De relaties uit het verleden kleuren je relaties van vandaag.” Waar Emma een kleurrijke wirwar tekent van haar twee zussen, een vader en een moeder, tekent Maarten zijn ouders, broer, zus en zichzelf met witte ruimtes ertussen. Zijn vader was afstandelijk, legt hij uit. Zijn moeder pakte haar vast. “Ze raakt.” Geheel tegen de tijdgeest in scheidden zijn ouders in 1959. Maarten besloot vervolgens: 1: nooit te scheiden, 2: er niet zo’n puinhoop van te maken, en 3: zijn kinderen nooit te slaan.

Hij kan het in zulke bloemrijke termen verwoorden. Afstandelijk, beredeneerd. Emma doorziet dat trucje. Er komen tranen in haar ogen. Onder zijn branie herkent ze het zachte hart en het geleden lijden.

[ad_2]

Leave a Comment

Your email address will not be published. Required fields are marked *