[ad_1]
ProRail strijdt tegen dassen en bevers rond het spoor. Een speciaal team zal de enthousiaste gravers nauwlettend in de gaten houden en vervolgens preventief actie ondernemen. Dit moet voorkomen dat het treinverkeer in de toekomst langdurig stil komt te staan.
Dit jaar werd ProRail al vele malen aangevallen door dassen en bevers. Vorige week heeft zij daar voor gezorgd een dassenburcht bij Boxtel dat treinen tussen Eindhoven en Tilburg slechts met een snelheid van 40 km/u mochten rijden. Er rijden ook minder treinen. In Fryslân lag het treinverkeer dit voorjaar zelfs ruim een maand stil, nadat dassen bij Molkwerum tientallen gaten onder het spoor hadden gegraven.
Vrijwel tegelijkertijd konden er geen treinen rijden tussen Den Bosch en Eindhoven vanwege een dassenburcht bij Esch. Dagelijks trof dit 50.000 Brabantse reizigers. Na onderzoek bleek dat op hetzelfde traject ook bevers onder het spoor hadden gegraven. Dit is de afgelopen jaren op diverse andere plaatsen gebeurd, zoals in Taarlo en De Punt in Drenthe.
Voor ProRail is de limiet inmiddels vol. De spoorwegbeheerder start het Dassen- en Beversprogramma. Een gespecialiseerd team van acht medewerkers moet het probleem minutieus in kaart brengen, een aanpak ontwikkelen en deze vervolgens implementeren.
Als de nieuwe aanpak succesvol is, zullen reizigers in 2028 veel minder hinder ondervinden van dassen en bevers. “We hopen dat we het treinverkeer niet langer wekenlang hoeven stil te leggen”, zegt programmaleider Corné van Doorne.
Bever verspreidt zich over het hele land
Hij zegt dat bevers tot voor kort uitgestorven waren en nooit een probleem vormden voor de spoorwegen. “Sinds ze eind jaren tachtig in De Biesbosch uitkwamen, zijn ze op steeds meer plekken verschenen.” Er zijn momenteel naar schatting 4.500 tot 5.000 bevers. De verwachting is dat de knaagdieren zich de komende jaren door heel Nederland zullen verspreiden. “Er is immers bijna overal water, ze gebruiken de rivieren als snelwegen”, zegt Van Doorne.
Tegelijkertijd telt ons land ongeveer 5.000 tot 6.000 dassen. Om onduidelijke redenen lijken de roofdieren steeds vaker naar paden te zoeken. “We vermoeden dat het komt doordat er op steeds meer plekken steeds meer gebouwen of zonneparken staan.”
Het is duidelijk dat dassen zich erg thuis voelen op de baan. “Er zijn daar geen mensen, maar er is wel veel begroeiing en voldoende ruimte om te graven. Dassen hebben geen last van de aanstormende treinen.”
Het eerste doel van ProRail is nu om overal in Nederland te monitoren waar dassen en bevers zich nabij het spoor bevinden. “Daarvoor huren we ecologen en inspecteurs in, die het parcours bewandelen, vooral op risicolocaties.” Uit een eerste inventarisatie bleek al dat er op zeker veertig plekken rond de baan dassen voorkomen.
Operators zien schade vaak als eerste
Het in kaart brengen van het volledige probleem kost tijd. Nederland beschikt over duizenden kilometers spoor. “Chauffeurs zijn vaak de eersten die een melding doen”, zegt Van Doorne. “Niet eens omdat ze het voelen, maar omdat ze het zien. Dan is er al behoorlijk wat schade.”
De volgende stap is het vinden van manieren om de dassen en bevers effectief te verjagen, of in ProRail-taal: ‘ontmoedigen’. “Dat kan op verschillende manieren”, zegt Patrick Kummu van Molhoek-CCT, die zegt dat ProRail hierbij helpt. ‘We kunnen een kunstmatig kasteel maken en proberen de dassen daarheen te leiden.’
Deze aanpak bleek succesvol in het Friese Molkwerdum. Vervolgens kan het kasteel worden opgegraven en kan de schade worden gerepareerd. Door het plaatsen van hekken en gaas, ook ondergronds, kan worden voorkomen dat dassen of bevers opnieuw op de baan toeslaan.
De bestrijding van dassen en bevers vraagt om maatwerk
Het is duidelijk dat er niet één uniforme aanpak bestaat. “Het is maatwerk, per locatie maken we samen met een ecoloog een plan”, vertelt Kummu. In het Brabantse Brummel (zie ook kader, red.) lag bijvoorbeeld alleen de vluchttunnel onder de baan. Door deze af te snijden werd de dassenburcht als het ware gescheiden van de baan. dassen kunnen de rails niet meer bereiken.”
Hoewel ProRail hoge verwachtingen heeft van de nieuwe aanpak van dassen en bevers, waarschuwt programmamanager Corné van Doorne ook voor te hoge verwachtingen: “Dassen en bevers leven bij ons samen en er komen er steeds meer bij. Het volledig voorkomen van overlast voor reizigers is een utopie. ”
Dassen en bevers zijn niet de enige dieren waar ProRail last van heeft. Zo nestelen ooievaars jaarlijks minstens tientallen keren op en nabij de bovenleiding. ProRail probeert de ooievaars onder controle te houden door bomen rond het spoor te kappen en alternatieve nestpalen in het gebied te gebruiken naar andere locaties. Dat is echter niet erg succesvol.
Een ander probleemdier is de zandhagedis. Vorig jaar wilde ProRail tussen Maarn en Driebergen een nieuw onderstation bouwen, een elektrische installatie die de bovenleiding voedt. Helaas bleek de zandgrond langs het spoor populair bij de zandhagedis. ProRail liet vervolgens kilometers spoordijk kaal maaien om het gebied onaantrekkelijk te maken voor de hagedis.
ProRail mag dassen verjagen bij de Boxtelspoorlijn
ProRail heeft laten weten een ontheffing te hebben gekregen voor het verplaatsen van de dassen bij Boxtel. Binnenkort wordt er een kunstmatig kasteel gebouwd, waar de dieren naartoe worden geleid. Ook bij Brummen, eveneens in Brabant, heeft de spoorbeheerder onlangs maatregelen genomen tegen dassen. Op deze locatie bleken dassen zich onder een bovenleidingpaal te hebben gegraven. In november heeft ProRail maatregelen genomen die het probleem oplosten. “Er is een barrière gemaakt, zodat de dassenburcht afgesneden kan blijven van de baan”, zegt woordvoerder Aldert Baas. “Wij blijven de situatie uiteraard monitoren om te zien of dit zo blijft.”
Gratis onbeperkt toegang tot Showbytes? Welke kan!
Log in of maak een account aan en mis nooit meer iets van de sterren.
[ad_2]