Vroegpensioen voor zware beroepen onder de loep: wie bepaalt de scheidslijn? | Opinie

[ad_1]

LezerspanelAfgelopen week voerden de vakbonden actie om het vervroegd pensioen voor zware beroepen bij NS, stadsvervoer en politie te behouden. Maar wat is zwaar werk eigenlijk? De stelling van het lezerspanel is: eigenlijk kan elk beroep zwaar werk zijn.

Bernhardine Bos: Het is een keuze, jouw beroep, en dus weet je wat je kiest

“Het lastige is natuurlijk om te definiëren wat een zware baan is. Het is duidelijk dat stratenmaker zijn een fysiek zware baan is. Maar een buschauffeur? Of een conducteur? Nee, zou je zeggen. Maar een buschauffeur zit 8 uur op een stoel en zegt dat hij klappen krijgt op zijn nek, onderrug, schouders, ellebogen en polsen. De conducteur zegt dat hij vele kilometers per dag door een wiebelende rijdende trein moet lopen en daarom op relatief jonge leeftijd nieuwe heupen of knieën nodig heeft.

Als we zulke voorbeelden als criteria hanteren, dan denk ik dat er veel beroepen zijn die in aanmerking komen voor vervroegd pensioen: boer, marktkoopman, vrachtwagenchauffeur, dierenarts, fysiotherapeut, kapper, zorgmedewerker, bouwvakker, en zo kan ik nog wel even doorgaan.


Geslacht speelt ongetwijfeld ook een rol

Bernhardine Bos

Dan zijn er ook nog mentaal veeleisende beroepen. Dat kunnen ook heel veel beroepen zijn: hartchirurg, maatschappelijk werker, bedrijfsarts, piloot, ambulancemedewerker, begrafenisondernemer, gevangenisbewaker, politicus, etc.

Het is een keuze, jouw beroep, en dus weet je wat je kiest. En je bent ervoor opgeleid en dus voorbereid, zou je denken. Toch zal de een zijn beroep sneller als zwaar ervaren dan de ander. Geslacht speelt ongetwijfeld ook een rol. Zo kan een brandweerman fysiek zwaarder werk aan dan een vrouwelijke brandweerman.

En dan wordt ook het hebben van onregelmatige werktijden genoemd als kenmerk van een zwaar beroep. Ik zou hier nog veel meer voorbeelden kunnen noemen, maar dat doe ik niet, want naar mijn mening is de lijst met zware beroepen al veel te lang. Misschien is het verstandiger om naar ieder individu afzonderlijk te kijken of een beroep te zwaar is voor iemand zodra er daadwerkelijk klachten ontstaan, want bij de een komt dat moment vroeg en bij de ander misschien nooit.”

Artikel gaat verder onder de foto

Politieagenten voeren campagne voor vervroegd pensioen.

Politieagenten voeren campagne voor vervroegd pensioen. © Cees Elzenga

Rob Reerink: Wie heeft die scheidslijn bepaald?

“Wat is de definitie van een zwaar beroep? Je kunt natuurlijk een onderscheid maken tussen fysiek zware beroepen en mentaal zware beroepen. Ik denk dat een advocaat die een dag lang een zwaar dossier heeft doorgenomen, ‘s avonds ook moe is, net als een stratenmaker of bouwvakker. Er zijn natuurlijk fysiek zware beroepen zoals de eerder genoemde stratenmaker, bouwvakker of stratenmaker. Dankzij innovatieve werkwijzen en ondersteuning van machines is dit werk minder zwaar geworden. En wat dacht je van werknemers van bijvoorbeeld een dierenwinkel, die de hele dag bezig zijn met het sjouwen van zware zakken dierenvoer voor de klanten en het vullen van de schappen?

Dat sommige beroepsgroepen al gebruik kunnen maken van een vervroegd pensioen verbaast mij enigszins. Het vreemde is dat er al een onderscheid is gemaakt tussen ‘zware’ en ‘minder zware’ beroepen. Wie heeft die scheidslijn bepaald: een onafhankelijke commissie of hebben de vakbonden voor de genoemde beroepsgroepen slim onderhandeld?

Het zal een helse klus worden om te bepalen welke beroepsgroepen onder de categorie ‘zware beroepen’ vallen en welke niet. De eerste gedachte is dat fysiek zware beroepen in aanmerking komen voor een vroegpensioenregeling, maar ook voor mentaal zware beroepen zal een oplossing moeten worden gevonden. Als je moet wachten tot er fysieke of mentale klachten ontstaan, is het eigenlijk al te laat. Ik wens de instanties die dit mogen regelen veel succes, maar ik denk dat het een hele zware klus wordt om dit voor alle beroepsgoederen naar tevredenheid te regelen.”

Artikel gaat verder onder de foto

Het werk van een stratenmaker is fysiek zwaar.

Het werk van een stratenmaker is fysiek zwaar. © Vincent Jannink

Stijn Jager: Wat voor de een moeilijk is, is dat voor de ander niet

“Niet alle beroepen zijn even moeilijk. Er is natuurlijk een verschil in fysieke en psychische moeilijkheid. Het is niet eenvoudig om te formuleren wat onder een moeilijk beroep valt. Je kunt niet zeggen dat alle beroepen binnen een bepaalde sector dezelfde moeilijkheid hebben, dat verschilt per functie en takenpakket. Tot slot is moeilijkheid een relatief begrip, wat voor de een moeilijk is, hoeft dat niet per se voor de ander te zijn.

Ongeveer 20 jaar geleden werd de VUT-vroegpensioenregeling afgeschaft. En daarmee zou iedereen moeten doorwerken tot de AOW-leeftijd. Later werd de levensloopregeling ingevoerd, maar ook weer ingevoerd. Onderdeel daarvan was een fiscale boete van 52% voor de werkgever, als een werknemer eerder zou stoppen met werken. Die boete geldt nu niet, maar als er niets gebeurt, geldt die per 1 januari 2026 weer. Het is goed om te melden dat deze regeling niet geldt voor zware beroepen, maar voor alle beroepen. Dus iedereen kan hier in overleg tussen werknemer en werkgever gebruik van maken.

Ik ben tegen het afschaffen van de bovengenoemde regeling. Ik vind het ook een slecht idee dat de overheid met het voorstel is gekomen van een maximum aantal mensen dat er gebruik van mag maken. We hebben allemaal belang bij een samenleving waarin mensen gezond hun werkzame leven kunnen beëindigen. Want anders stijgen de kosten van de gezondheidszorg. Daarnaast is het belangrijk dat er meer aandacht komt voor preventieve maatregelen om de gezondheid van werknemers te waarborgen, zodat zij langer inzetbaar blijven. Alleen door gezamenlijk verantwoordelijkheid te nemen, creëren we een duurzame arbeidsmarkt waarin iedereen de kans heeft om gezond en waardig met pensioen te gaan.”

Gerard Ekelenkamp: Gebroken arbeidsmarkt en financieel-economische problemen

“Stel je voor dat de stelling waar was; dan zouden morgen alle werkenden in Nederland een reden hebben om te stoppen met werken. In de onderhandelingen die tot nu toe mislukt zijn, heeft de overheid aangeboden om de vervroegde uittreding voor zware beroepen te beperken tot 15.000 werknemers per jaar. Als elk beroep als zwaar werk zou worden aangemerkt, dan hebben we te maken met een veelvoud van die 15.000 werknemers per jaar. Dat zou betekenen dat alle beroepen vervroegd uittreden. Gevolgen zijn onder meer een stagnerende arbeidsmarkt en financieel-economische problemen. Dat moeten we niet willen en is wat mij betreft ook niet nodig, want ik denk dat de stelling onjuist is.

Ik erken dat een substantieel deel van de bijna 10 miljoen werkenden in Nederland een zwaar beroep heeft en daarom in aanmerking komt voor vervroegd pensioen. Helaas is er nog steeds geen sluitende definitie van het begrip zwaar beroep. Het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid spreekt in dit verband van een beroep dat fysieke slijtage veroorzaakt als de werknemer het werk langer dan 30 jaar verricht. In deze definitie worden mentaal zware beroepen ten onrechte niet genoemd.

De vakbonden hebben een punt als ze het hebben over fysiek en/of mentaal zware banen die onomkeerbare fysieke of mentale slijtage veroorzaken. Voor deze categorie zou vervroegd pensioen de oplossing zijn. Maar hoe zit het met verpleegkundigen, politieagenten, schoonmakers en vrachtwagenchauffeurs? Vergelijkingen tussen beroepen gaan meestal mank. De overheid, vakbonden en werkgevers moeten elkaar op dit punt vinden. Maar één ding is zeker: met maximaal 15.000 werknemers die per jaar vervroegd pensioen kunnen krijgen, komen we er niet.”



[ad_2]

Leave a Comment

Your email address will not be published. Required fields are marked *