Niet eerder zoveel kuikens: het is een goed jaar voor kraanvogels in Drenthe. ‘Het is mooi nieuws’



Veel regen, zo weinig mensen in de buurt: het is een topjaar voor de kraanvogels in Drenthe en Fryslân. “Dus je ziet: als de omstandigheden goed zijn, kan het.”

De kraan doet het goed. Dit seizoen zijn er in Noord-Nederland vijf kweekkoppels bijgekomen. Er wonen nu 37 kraanparen in Fryslân en Drenthe. Vogelbescherming Nederland telde door het hele land een recordaantal van 49 koppels. In totaal kregen ze 50 kuikens, waarvan er 33 ook uitvlogen.

“Het is geweldig nieuws”, zegt Herman Feenstra uit Fochteloo. De kraanvogelexpert en moeraswacht volgt de broedvogels sinds hun terugkeer in het Fochteloërveen in 2001, waar ze al eeuwen niet meer gezien waren. Feenstra voert de jaarlijkse tellingen uit voor de Vogelbescherming. “Niet te veel mensen en een beetje slecht weer: dan zie je dat het wel kan als de omstandigheden goed zijn.”

Kraamkamer Fochteloërveen

Het natte, zure Fochteloërveen (10 broedparen) wordt gezien als broedplaats voor kraanvogels. Ze profiteerden optimaal van het kletsnatte voorjaar. De regen hield de bezoekers op afstand en daardoor konden de nesten niet worden verstoord. Een treffend voorbeeld waar volgens Feenstra veel van geleerd kan worden, want: “De meeste natuurgebieden zijn wandelparken geworden om de hond uit te laten.”

Juist de invloed van het klimaat weerhoudt Feenstra ervan om het een succesverhaal te noemen. “Net zoveel kuikens als dit jaar… de vraag is of dat nog een keer gaat gebeuren. De kans op droge lentes en droge zomers wordt steeds groter. Daardoor verschijnen er geen nieuwe libellen of kikkers – kraanvogels eten alles wat op hun pad komt. Maar met 33 jonge, sterke vogels kan de soort hier vooruit.”

‘Ze moeten zich aanpassen’

Met de groei van de afgelopen drie jaar zijn de verwachtingen voor de komende jaren onder natuurbeschermers hooggespannen. De zomerbezoekers strijden nu al om de beste broedplaatsen. Feenstra: “Het zijn grondkwekers en dat maakt ze kwetsbaar voor roofdieren. Nu de populatie groter wordt, zullen ze zich ook een beetje moeten aanpassen en wat makkelijker een broedplaats moeten vinden.”

Ook het Dwingelderveld en het Drents-Friese Wold zijn populaire locaties. Deze zomer constateert de Vogelbescherming kleine aantallen kraanvogels in Overijssel en Gelderland en enkele paartjes in Noord-Brabant en Limburg. Nu er steeds meer waterbergingsgebieden worden ingericht voor hoogwater, zal het aantal kranen naar verwachting verder stijgen.

Vorig jaar telde Feenstra landelijk 42 broedparen en zijn er 26 kuikens daadwerkelijk uitgevlogen.

Leave a Comment

Your email address will not be published. Required fields are marked *