/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data106588135-b8728a.jpg)
Kies jij voor de glimmende roze hakken en blijf je in Barbieland, of betreed jij ‘de echte wereld’ in platte Birkenstocks? Actrice Margot Robbie is al heel lang succesvol Barbiefilm wanneer ze voor die keuze als Barbie wordt geconfronteerd. Ze pakt de sandalen en gaat het avontuur aan.
Dankbaar heeft Birkenstock deze zomer meegelift op de Barbie-hype. In de weken na de première verdubbelden de zoekopdrachten naar de sandalen die Robbie droeg. Voor de Duitse schoenenfabrikant was de publiciteit de perfecte opmaat naar de beursintroductie in New York, die al maanden werd voorbereid. Het aandeel ging woensdag voor het eerst over de toonbank, maar tegen een lagere prijs dan de eigenaren hadden gehoopt. Aan het einde van de handel was een aandeel $40,20 waard, ongeveer 13 procent minder dan de lanceringsprijs van $46.
De waardering van beleggers kwam daarmee uit op 7,5 miljard dollar (ruim 7 miljard euro), zo’n 1,5 miljard dollar minder dan waar Birkenstock op mikte. Eerder deze maand had het bedrijf zijn IPO-verwachtingen naar boven bijgesteld, van $8 miljard naar $9 miljard. Dat deed het op basis van gesprekken met potentiële investeerders en de goede winstmarges: vorig jaar bedroeg de winst bijna 400 miljoen euro, op een omzet van 1,2 miljard euro. Het Noorse staatsfonds, dat de olie- en gasinkomsten beheert, investeerder Sustainable Capital Partners en miljardair Bernard Arnault hadden al aangekondigd te willen participeren.
Niet te verdrietig
Toch hoeven de eigenaren van Birkenstock niet al te verdrietig te zijn over het verloop van de eerste handelsdag. Het bedrijf is nog steeds veel meer waard dan het bedrag dat durfinvesteerder L Catterton in 2021 betaalde voor het bijna 250 jaar oude familiebedrijf. De private equity-partij verwierf tweederde van de aandelen van de oprichtende familie Birkenstock en waardeerde het bedrijf op 4,8 miljard dollar.
Opmerkelijk genoeg is het de derde grote Amerikaanse beursintroductie in korte tijd waarbij het aandeel na de lancering onder de introductieprijs zakt. In september debuteerden het Britse chipbedrijf Arm en het bezorgbedrijf Instacart aanvankelijk met succes, maar kelderden. Vergeleken met de openingskoers, bijna een maand later, zijn de bedrijven respectievelijk 14 en 26 procent gedaald.
Door de oplopende inflatie en hogere rentetarieven hebben bedrijven de afgelopen jaren een beursintroductie uitgesteld of zelfs geannuleerd. In Nederland gold dit laatste bijvoorbeeld voor de Mirage Retail Group en bol (voorheen bol.com). De grote beursintroducties van Arm, Instacart en Birkenstock worden door investeerders en bedrijven dan ook gezien als een test voor het beursklimaat. Een succesvolle toetreding kan bedrijven inspireren die nog wachten op een beursnotering.
Dat de beursintroducties van de drie nieuwkomers op de Amerikaanse beurs achterblijven bij de verwachtingen, kan gevolgen hebben voor komende beursintroducties (initiële openbare aanbiedingen). Ook in Europa staan een aantal grote beursintroducties gepland. Zo overweegt Europa’s grootste private equity onderneming CVC Capital Partners al enige tijd een beursnotering in Amsterdam, maar deze is meerdere keren uitgesteld. Dit zou uiteindelijk in november moeten gebeuren, waarbij CVC volgens Bloomberg mikt op een waardering van 20 miljard euro. Ondertussen bereiden de Duitse luchtvaartmaatschappij Flix en de parfummaker Douglas uit hetzelfde land zich naar verluidt voor om in Frankfurt naar de beurs te gaan. Een datum hiervoor is nog niet vastgesteld.
