‘Eng goede’ Jenning de Boo verslaat iedereen op het ijs, maar heeft nog moeite met zijn wasmachine



Jenning de Boo had zijn ereronde al volbracht toen hij als kersverse landskampioen in het middengebied een high five gaf aan Thialf-teamgenoot Kjeld Nuis. Nuis gaf hem een ​​knuffel en duwde hem meteen weg. Ga, ga nog een keer rond, zei hij tegen zijn jonge teamgenoot. Geniet van het moment, laat Thialf voor je juichen.

Was het verlegenheid, was het onervarenheid? Feit was dat De Boo zichzelf nog geen natuurlijke positie kon geven nadat hij zijn tweede Nederlandse titel in drie dagen tijd had behaald. Donderdag maakte hij al indruk op de 500 meter, met vooral een eerste binnenbocht die alle schaatspuristen verbaasde. Zaterdag won hij de 1000 meter, die gevuld was met talloze topsporters, voor teamgenoot Tim Prins en Nuis.

Jong

Met zijn negentien jaar is hij een van de jongste schaatsers binnen het team van Reggeborgh, en bovendien iemand die vrijwel alles nog moet beleven. Tenminste, als het niet om technisch schaatsen gaat. Want wat dat betreft is hij nog steeds de baas over iedereen. Sterker nog, Jumbo-Visma-coach Jac Orie heeft de afgelopen maanden samen met zijn sprinter Merijn Scheperkamp gewerkt om zijn kniehoek te laten matchen met die van De Boo. Nuis noemde zijn teamgenoot ‘eng goed’ en grapte: “Ik ga hem echt niets meer leren.”

De opkomst van De Boo is meer dan opvallend in schaatsland Nederland, vooral omdat hij in maart nog niet eens een contract had. Noch bij Reggeborgh, noch ergens anders. Omdat hij goed bevriend was met de zoon van atletenmanager Dennis Klaster, kreeg hij via die manager een kans bij Reggeborgh. “Alle deuren waren al gesloten. Maar hij perste me eigenlijk naar binnen, als een soort deurdranger.”

Dat was echter niet gemakkelijk. Pas heel laat in maart werd het definitief afgerond, op een moment dat de meeste schaatsers al weten of ze nog een seizoen door kunnen. Hij mag dan in zijn jeugd een langebaanschaatser zijn geweest, de laatste jaren doet De Boo ook shorttrack. Reggeborgh-coach Gerard van Velde moest daarom oude juniorvideo’s bekijken om een ​​idee te krijgen hoe De Boo zich op de lange termijn zou houden.

Vouw

Dat korte circuit hielp hem zo goed de bochten te rijden, zei De Boo deze week. Daar, op de kleinere baan, leerde de 1,95 meter lange De Boo zich volledig opvouwen. Zijn lengte was zijn kracht, zei hij. Maar toch wilde hij de overstap maken naar het vakgebied waar hij begon. “Ik kan daar nog veel leren. De bocht is hier iets groter dan de kortebaanbocht. Mijn lijnen kunnen veel beter.”

In oktober, tijdens het WK-kwalificatietoernooi, kwam De Boo voor het eerst in de schijnwerpers. Hij kwalificeerde zich voor de eerste seizoenshelft. Daarna reisde hij vijf weken de wereld rond. WK-wedstrijden in Japan en China, gevolgd door wedstrijden in Stavanger en Polen. Hij reed overal op een behoorlijk niveau, maar merkte dat het reizen in Polen hem wat begon te vervelen. Iets waar teamgenoot Nuis niet in geloofde. “Nee, die jongen vestigde bijna een persoonlijk record op het langzaamste ijs ter wereld. Je vertelt me ​​niets.”

Maar De Boo was blij weer thuis te zijn. Hij is ook meteen op zichzelf gaan wonen. Sinds half november heeft hij een appartement in Heerenveen, in een woning die hij deelt met een zevenkamper. Hij sluipt Ikea en Gamma binnen om zijn eigen spullen te kopen en krijgt hulp bij huishoudelijke zaken. “Ik ga even facetimen met mijn moeder om te vragen op welke stand de wasmachine moet staan.”

Ongenaakbaar

Hij was dit weekend onaantastbaar in Heerenveen. Met 1.07,36 overtrof hij niet alleen alle andere favorieten, maar was hij ook acht tienden sneller dan zijn persoonlijk record. Eerder had hij op de 500 meter 34,44 behaald, waarmee hij op tijd Janno Botman en Stefan Westenbroek versloeg.

Na afloop prees hij de groep schaatsers met wie hij dag in dag uit traint. Hij kende tot dit jaar bijna niemand, maar voelde zich vanaf het begin goed verzorgd. Hij vindt het geweldig dat hij met jonge jongens als Tim Prins, die hij kende van de middelbare school, op jacht kan gaan naar de gevestigde orde. Net zoals hij het leuk vindt hoe iemand als Kjeld Nuis hem begeleidt. “Ik kan de topspelers volgen, ik word opgeleid door topspelers. Er heerst een ontspannen sfeer.”

Nu kan hij naar de ijsbanen waar de wereldrecords worden gevestigd, in Calgary en Salt Lake City. Iets waar hij al lang niet meer over had nagedacht, noch over mogelijke onderhandelingen over een nieuw contract had nagedacht. De afgelopen dagen voelde hij zich ‘op een andere planeet’ en na zaterdag nog verder weg, in ‘een ander sterrenstelsel’. Zijn aantal volgers op Instagram verdubbelde naar bijna 5.700.

Hij had er niet echt zin in. De Boo wil eerst en vooral snel schaatsen. En shorttrack, want dat probeert hij één keer per week te doen. “Maar alleen als dat in de planning past.” En dat wordt lastig voor De Boo, met een EK, twee World Cups en een World Cup op de planning.

Lees ook:

Wie zijn de debutanten van de Nederlandse schaatsploeg in Japan?

Jonge, verrassende schaatsers maken vanaf vrijdag hun debuut op het internationale speelveld in Obihiro, Japan. Een mooie kans voor hen, maar wie zijn ze eigenlijk?

Leave a Comment

Your email address will not be published. Required fields are marked *