In Drenthe, Overijssel, Noord-Brabant en Limburg heeft de PvdA vragen gesteld over wat de verkoop van Arriva betekent voor het vervoer in de provincie. De PVV stelde vragen in Groningen. Ook in Noord-Brabant en Limburg zijn vragen ingediend.
De partijen maken zich zorgen over de kwaliteit van het bus- en treinvervoer door Arriva als dit wordt overgenomen door de Amerikaanse investeerder I Squared Capital.
De vragen werden gesteld voordat donderdag bleek dat Deutsche Bahn Arriva echt verkoopt.
Partijen willen weten wat de verkoop aan een investeringsmaatschappij betekent voor het openbaar vervoer en voor de medewerkers van Arriva. Ook bij PvdA en SP bestaan zorgen dat I Squared Capital vooral winst wil maken, terwijl de PvdA het openbaar vervoer vooral als een publieke voorziening ziet. Partijen willen weten of de provincie contact heeft gehad met Deutsche Bahn, de verkopende partij, en of er contact is met de andere provincies.
De Duitse staatsspoorwegen willen al langer van deze buitenlandse activiteiten af om geld vrij te maken voor investeringen in de eigen thuismarkt. Van de in totaal 35.500 medewerkers van het openbaarvervoerbedrijf werken er ongeveer 5.500 in Nederland.
Garanties en eisen
De PVV in Groningen wil weten of er garanties en eisen worden gesteld aan de nieuwe eigenaar van Arriva en of het bedrijf überhaupt enige kennis van treinen heeft.
Arriva exploiteert bussen en treinen in tien van de twaalf Nederlandse provincies. Volgens hun eigen kaart rijden ze in Utrecht en Zeeland gewoon niet. In provincies als Flevoland en Zuid-Holland beschikt de vervoerder over een busconcessie voor een deel van de provincie.
